Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.[appellant] ,wonende te [woonplaats] ,
[appellante] ,wonende te [woonplaats] ,
1.Rabohypotheekbank N.V.,gevestigd te [vestigingsplaats] ,
Coöperatieve Rabobank U.A.,gevestigd te [vestigingsplaats] ,
1. Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer 6201480/ 17-7085 van de eerstgenoemde twee vonnissen van de kantonrechter en zaak-/rolnummer C/01/330499 / HA ZA 18-91 van laatstgenoemd eindvonnis)
2.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep;
- de memorie van grieven met een productie;
- de memorie van antwoord met producties;
- het pleidooi, door Rabobank en haar advocaat fysiek bijgewoond en door [appellanten] en de advocaat van [appellanten] via Skype bijgewoond, waarbij beide partijen hebben gepleit aan de hand van pleitnotities (door Rabobank tijdens het pleidooi overgelegd en door [appellanten] na het pleidooi toegezonden aan het hof en aan Rabobank).
3.De beoordeling
Tot zekerheid van onder meer het krediet heeft [appellanten] aan Rabobank een hypotheekrecht verstrekt op de woning van [appellanten]
Artikel 15 van deze voorwaarden luidt, voor zover van belang, als volgt:
“salaris van mei 2009”.
“terugbetaling”.
- tot betaling aan Rabobank van een bedrag van € 221.540,24, te vermeerderen met de contractuele rente van 5,8% per jaar over het bedrag van € 168.544,21, vanaf 26 juli 2017 tot de dag van volledige betaling
- in de proceskosten.
De gestelde hoofdelijke aansprakelijkheid volgt voldoende uit de tussen partijen gesloten overeenkomst.
- de bestreden vonnissen moeten worden vernietigd,
- de vordering van Rabobank moeten worden afgewezen,
- de vordering van [appellanten] alsnog moet worden toegewezen, en
- Rabobank moet worden veroordeeld om alles terug te betalen dat [appellanten] heeft voldaan ter uitvoering van de bestreden vonnissen.
“dat u betrokken bent bij een fraudezaak respectievelijk dat u zelf fraude hebt gepleegd”.
“(…)Openstaande vragen die klant moet beantwoorden: (…) 8. inkomensbescheiden van [appellante] zijn gefingeerd. Hier is valsheid in geschrifte gepleegd want het salaris is slechts eenmalig binnengekomen bij AAB en vervolgens retour gestort. Het dienstverband bestaat niet. Dit nemen we heel hoog op!!
- een proces-verbaal van aangifte bij de politie van 8 oktober 2009 (prod. 10 bij inl. dagvaarding). Daarin is vermeld Rabobank aangifte doet van valsheid in geschrifte op het punt van de overboeking van het salaris van [appellante] van 16 juni 2009, de terugboeking op 17 juni 2009 en de werkgeversverklaring van [naam] ,
- een brief van 26 oktober 2009 van Rabobank [kantoorplaats] aan [appellant] (prod. 10 bij akte eisvermeerdering van 15 juni 2018). In die brief wordt aan [appellant] gevraagd door ondertekening van die brief te bevestigen dat hij in het gesprek van 30 september 2009 heeft meegedeeld
- Een voorbereidende interne notitie van 26 oktober 2009 aan de Kredietcommissie Particulieren van Rabobank (prod. 2 bij memorie van antwoord). Hierin is vermeld:
- een interne telefoonnotie van 18 november 2009 (gekopieerd weergegeven in memorie van antwoord nr. 17). Hierin is het volgende vermeld:
- een verklaring van [naam] van 23 november 2009 (prod. 3 bij memorie van antwoord). Hierin heeft hij (opnieuw) verklaard dat [appellante] in zijn lunchroom heeft gewerkt,
- een brief van Rabobank Nederland aan [appellanten] van 8 december 2009 (prod. 4 bij memorie van antwoord), die onder meer luidt:
€ 168.544,21
overeenkomstig bestreden vonnis € 2.977,13
€ 136.579,40