Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
Belastingsamenwerking West-Brabant,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De beoordeling
in het openbaar(uitgesproken)’ niet betekent dat de uitspraak dan dus niet in het openbaar uitgesproken is. Zo deze wel in het openbaar is uitgesproken, ontbreekt slechts de bevestiging daarvan in de uitspraak.
in het openbaar(uitgesproken)’ in strijd zijn met het voorschrift dat de uitspraak in het openbaar moet geschieden, het hof het vonnis weliswaar had behoren te vernietigen, maar de zaak niet had mogen terugverwijzen naar de rechtbank. Dit volgt uit het gesloten stelsel van rechtsmiddelen in combinatie met de devolutieve werking van het appel. Het hof had de zaak dan dus zelf moeten afdoen en op basis van hetgeen is aangevoerd moeten beslissen of het verzoek tot faillietverklaring moet worden toegewezen (hetgeen tot toewijzing zou hebben geleid, zo blijkt hierna). Ook om deze reden slaagt de betreffende grief niet.
nietzijn opgelegd aan [appellant] persoonlijk, doet aan dit autonome oordeel van het hof niet af. Het hof hoeft van die constatering van de rechtbank niet uit te gaan. Het hof acht derhalve (summierlijk) gebleken van het bestaan van die vordering. Ten overvloede wordt overwogen dat bovendien uit de context waarin die zin van de rechtbank is opgenomen en de vervolgens aan die zin verbonden (andersluidende) gevolgen, volgt dat de rechtbank naar alle waarschijnlijkheid bij vergissing het woord ‘niet’ heeft geplaatst.
De beslissing