Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
3.Geschil, alsmede standpunten en conclusies van partijen
4.Gronden
5.Beslissing
- verklaart het hoger beroep ongegrond;
- bevestigt de uitspraak van de rechtbank.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Limburg over de vastgestelde WOZ-waarde van een woning. De heffingsambtenaar heeft de waarde van de woning vastgesteld op € 466.000 per waardepeildatum 1 januari 2018, wat door de belanghebbende wordt betwist. De belanghebbende stelt dat de waarde te hoog is en concludeert tot een verlaging naar € 428.000. De heffingsambtenaar heeft een taxatierapport ingebracht ter onderbouwing van de vastgestelde waarde, waarin de waarde is bepaald aan de hand van vergelijkingsobjecten. Het hof heeft vastgesteld dat de heffingsambtenaar voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat de vastgestelde waarde niet te hoog is. De belanghebbende heeft geen overtuigend bewijs geleverd voor zijn stelling dat de waarde te hoog is vastgesteld. Het hof oordeelt dat de uitspraak van de rechtbank moet worden bevestigd en verklaart het hoger beroep ongegrond. De proceskosten worden niet vergoed en er is geen aanleiding om het griffierecht te laten vergoeden.