ECLI:NL:GHSHE:2019:2818
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- C.N.M. Antens
- C.A.R.M. van Leuven
- H.J.M. van Arkel
- Rechtspraak.nl
Partneralimentatie en de erkenning van religieuze huwelijken in het Nederlands recht
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 25 juli 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep over de alimentatieverplichtingen van een man jegens zijn ex-vrouw. De man had in hoger beroep gevraagd om te verklaren dat zijn verplichting om bij te dragen in het levensonderhoud van de vrouw was geëindigd op 6 februari 2016, de datum waarop de vrouw een religieus huwelijk zou hebben gesloten. De rechtbank had eerder geoordeeld dat een religieus huwelijk niet gelijkgesteld kan worden met een huwelijk in de zin van artikel 1:160 van het Burgerlijk Wetboek (BW). Het hof bevestigde deze uitspraak en oordeelde dat de man niet kon aantonen dat de vrouw daadwerkelijk was gehuwd in de zin van het BW. Het hof benadrukte dat de wet alleen burgerlijke huwelijken erkent en dat een niet-erkend religieus huwelijk geen invloed heeft op de alimentatieverplichting. De man had ook grieven ingediend over het gedrag van de vrouw, maar het hof oordeelde dat er geen sprake was van zodanig grievend gedrag dat de alimentatieplicht beëindigd kon worden. De beslissing van de rechtbank Oost-Brabant werd bekrachtigd, en de man bleef verplicht om alimentatie te betalen.