ECLI:NL:GHSHE:2019:1143

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
26 maart 2019
Publicatiedatum
26 maart 2019
Zaaknummer
200.167.194_02 H
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bindend advies over financiële afwikkeling in faillissement van Impact Retail B.V.

In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch werd behandeld, gaat het om een hoger beroep in het faillissement van Impact Retail B.V. De curatoren, mr. Martinus Johannes Marie Franken en mr. Bart Floris Louwerier, hebben in hun hoedanigheid als curatoren een verzoek tot herstel ingediend na een eindarrest van het hof van 20 november 2018. Dit eindarrest bekrachtigde de bestreden vonnissen van de rechtbank Oost-Brabant, maar de curatoren zijn van mening dat het hof de bestreden vonnissen had moeten vernietigen en hen niet-ontvankelijk had moeten verklaren. De curatoren vrezen dat een bindend adviseur, die de zaak volgens het eindarrest moet beoordelen, de materiële beoordeling van de rechtbank zal volgen.

De procedure omvatte ook een brief van de curatoren van 5 februari 2019 met het verzoek tot herstel en een reactie van LaSer van 19 februari 2019. Het hof heeft overwogen dat er geen ruimte is voor de verzochte rectificatie, omdat het niet gaat om een kennelijke, voor eenvoudig herstel vatbare fout. Het hof heeft de bestreden vonnissen onder verbetering van gronden bekrachtigd, waarbij het hof duidelijk heeft gemaakt dat partijen alle kwesties die betrekking hebben op de financiële afwikkeling aan een bindend adviseur moeten voorleggen. Het hof onderschrijft eventuele andersluidende overwegingen en beslissingen van de rechtbank niet, zodat deze niet de kracht van bindende eindbeslissingen hebben.

Uiteindelijk heeft het hof het verzoek tot herstel afgewezen. De uitspraak is gedaan door de rechters M.G.W.M. Stienissen, P.M. Arnoldus-Smit en L.S. Frakes en is openbaar uitgesproken op 26 maart 2019.

Uitspraak

GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH

Team Handelsrecht
zaaknummer 200.167.194/02
arrest van 26 maart 2019
in de zaak van
mr. Martinus Johannes Marie Franken,
mr. Bart Floris Louwerier,
beiden kantoorhoudende te [kantoorplaats] ,
in hun hoedanigheid van curator in het faillissement van
Impact Retail B.V.,
appellanten in principaal appel, geïntimeerden in incidenteel appel,
advocaat: mr. N.W.M. van den Heuvel te Breda,
tegen
[consumer finance] Consumer Finance B.V., voorheen genaamd LaSer Nederland B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
geïntimeerde in principaal appel, appellante in incidenteel appel,
advocaat: mr. F.E.C. Koopman te ’s-Hertogenbosch,
als vervolg op het door het hof gewezen eindarrest van 20 november 2018 in het hoger beroep van de door de rechtbank Oost-Brabant, zittingsplaats ’s-Hertogenbosch onder zaaknummer C/01/256617/HA ZA 12-1069 gewezen vonnissen van 21 mei 2014 en 17 december 2014.

8.Het verloop van de procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • voormeld eindarrest;
  • de brief van curatoren van 5 februari 2019 (verzoek herstel);
  • de brief van LaSer van 19 februari 2019 (reactie).
Het hof heeft vervolgens een datum voor arrest bepaald. Het hof doet recht op bovenvermelde stukken en de stukken van de eerste aanleg.

9.De beoordeling

9.1.
Het hof heeft in het eindarrest de bestreden vonnissen in het eindarrest bekrachtigd onder verbetering van gronden. Het hof heeft overwogen dat curatoren de kwestie moeten voorleggen aan een bindend adviseur.
9.2.
Curatoren hebben verzocht het eindarrest te rectificeren. Het gaat curatoren om de bekrachtiging van de bestreden vonnissen. Curatoren menen dat het hof gelet op de overwegingen in het eindarrest de bestreden vonnissen had moeten vernietigen en curatoren niet-ontvankelijk had moeten verklaren. Curatoren vrezen dat een bindend adviseur (die de zaak volgens het eindarrest moet beoordelen) gezien de bekrachtiging toch de materiële beoordeling van de rechtbank zal volgen.
9.3.
LaSer heeft tegen de verzochte rectificatie bezwaar gemaakt.
9.4.
Het hof is van oordeel dat er geen ruimte is voor de verzochte rectificatie. Het gaat niet om een kennelijke, voor eenvoudig herstel vatbare fout. Het hof heeft de bestreden vonnissen onder verbetering van gronden bekrachtigd omdat daarbij het gevorderde terecht is afgewezen. Zoals duidelijk uit de overwegingen van het hof volgt, zullen partijen alle kwesties die betrekking hebben op de financiële afwikkeling aan een bindend adviseur moeten voorleggen. Het hof onderschrijft eventuele andersluidende overwegingen en beslissingen van de rechtbank duidelijk niet, zodat daaraan niet de kracht van bindende eindbeslissingen toekomt. Het hof zal het verzoek tot herstel dan ook afwijzen.

10.De uitspraak

Het hof:
wijst af het verzoek tot herstel.
Dit arrest is gewezen door mrs. M.G.W.M. Stienissen, P.M. Arnoldus-Smit en L.S. Frakes en is in het openbaar uitgesproken door de rolraadsheer op 26 maart 2019.
griffier rolraadsheer