ECLI:NL:GHSHE:2018:5564
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Aanvulling op eerder arrest inzake uitvoerbaarheid bij voorraad in civiele procedure
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 10 juli 2018 een tussenuitspraak gedaan in het hoger beroep tussen [appellant] en [geïntimeerde]. Het hof heeft de aanvulling van een eerder arrest van 30 januari 2018 behandeld, waarin abusievelijk geen beslissing was genomen over de vordering van [appellant] om het arrest uitvoerbaar bij voorraad te verklaren. Mr. T. Dohmen, de advocaat van [appellant], heeft het hof verzocht om deze aanvulling, mede in verband met het cassatieberoep dat door [geïntimeerde] was ingesteld tegen het eerdere arrest.
Het hof heeft vastgesteld dat in het arrest van 30 januari 2018 geen beslissing was genomen over de uitvoerbaarheid bij voorraad, wat een omissie was. Het hof heeft de argumenten van [geïntimeerde], vertegenwoordigd door mr. C. Reijntjes-Wendeburg, overwogen, maar kwam tot de conclusie dat het verzoek van [appellant] om het arrest uitvoerbaar bij voorraad te verklaren, toegewezen moest worden. Het hof heeft daarbij de relevante artikelen van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) in acht genomen, waaronder artikel 233 lid 1 Rv, dat de rechter de mogelijkheid biedt om een beslissing uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
De beslissing van het hof houdt in dat de veroordeling van [geïntimeerde] om terugbetaling te doen aan [appellant] nu ook uitvoerbaar bij voorraad is verklaard. Dit betekent dat [appellant] recht heeft op terugbetaling van de bedragen die hij op grond van een eerder vonnis heeft betaald, vermeerderd met wettelijke rente. Het hof heeft de aanvulling op het eerdere arrest formeel vastgelegd en deze zal worden vermeld op de minuut van het arrest van 30 januari 2018.