[verweerster] heeft gewezen op de functie van [appellante] en de omschrijving daarvan in de cao. De functie was volgens de schriftelijke ‘bevestiging van uitzending’ Medewerker Glastuinbouw II. De omschrijving van die functie in de cao is ruim.
In het contract staan echter heel specifieke werkzaamheden beschreven.
Lid 5 van artikel 1 luidt als volgt:
“De tijdelijke uitzendovereenkomst gaat in op 04-07-2016 en wordt aangegaan voor de duur van bovengenoemd project. Deze overeenkomst eindigt van rechtswege, zonder dat opzegging is vereist, bij het einde van dit project hetgeen gelijk staat aan
□ het moment dat de oogstperiode eindigt*
□ het moment dat de teeltwisseling na afloop van de oogstperiode* is afgerond
□ het moment dat de gewaswerkzaamheden eindigen**
□ het moment dat de teeltwisseling na afloop van de gewasverzorgingsperiode** is afgerond
* voor het einde van de oogstperiode en dus voor de einddatum van deze overeenkomst is bepalend (…)
** voor het einde van de gewasverzorging is het moment dat (….) bepalend (….)”
In deze bepaling is het laatste vakje aangekruist.
Er is ook een contract in de Poolse taal waarin ook het laatste vakje is aangekruist.
Desgevraagd heeft [verweerster] geen verklaring kunnen geven voor het feit dat dit laatste vakje was aangekruist en niet het eerste.
Gelet op het aangekruiste vakje is het hof van oordeel dat [appellante] ervan uit kon gaan dat de in de cao ruim omschreven functie voor dit contract was beperkt tot gewasverzorgingswerkzaamheden. Immers, niet valt in te zien waarom anders specifiek dit vakje was aangekruist en niet meer vakjes of alle vakjes. Gelet op het aangekruiste vakje mocht [appellante] ervan uitgaan dat de gewaswerkzaamheden zonder oogstwerkzaamheden waren overeengekomen.
Dat [appellante] in het verleden oogstwerkzaamheden had verricht, betekent niet zonder meer dat [appellante] ervan uit diende te gaan dat dat ook in dit geval tot haar functie behoorde. Waarom zij daarvan uit moest gaan, heeft [verweerster] immers niet nader toegelicht, hetgeen wel nodig was gelet op het aangekruiste vakje. [verweerster] had in dit verband een uiteenzetting dienen te geven van de eerder uitgevoerde feitelijke werkzaamheden in het licht van de toen overeengekomen werkzaamheden. Een dergelijke toelichting ontbreekt.
Voor zover [verweerster] heeft bedoeld aan te voeren dat [appellante] heeft geweigerd haar eigen werkzaamheden uit te voeren, acht het hof die stelling dus onvoldoende toegelicht. Aan bewijslevering komt het hof niet toe.