Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
Interpolis,
9.Het verdere procesverloop
- het arrest van 22 augustus 2017, waarbij het hof de deskundige heeft genoemd;
- het rapport van de deskundige prof.dr.ir. S.N.M. Wijte, gedateerd 24 april 2018;
- de beslissing van het hof van 22 mei 2018 tot begroting van het loon van de deskundige;
- de memorie na deskundigenbericht aan de zijde van [geïntimeerde] ;
- de antwoordmemorie na deskundigenbericht aan de zijde van Achmea.
10.De verdere beoordeling
- alle nog beschikbare vloerelementen afzonderlijk en grondig te onderzoeken op de aanwezigheid van beschadigingen; en
- daarbij vast te stellen hoeveel elementen beschadigd zijn en waaruit de schade bestaat.
Prof. Wijte heeft in totaal 14 vloerelementen onderzocht. Hij heeft vervolgens in overleg met partijen zijn onderzoek gestaakt omdat hij verwachtte dat de kosten onevenredig hoog zouden gaan oplopen.
€ 2.900,- (Technoconsult)
€ 3.695,05 (BAS)
€ 5.000,- (TNO)
beaamd dat het weinig zinvol lijkt om alle elementen opnieuw te beoordelen als uit een goede steekproef al geconcludeerd kan worden dat de waarnemingen niet veel zullen verschillen van de conclusies van BAS en verdere inspectie omvangrijke kosten met zich meebrengt”. Waar [geïntimeerde] vervolgens aangaf de steekproef van slechts 14 roosters echter niet representatief te achten, reageerde prof. Wijte met zijn mening “
dat de waarnemingen tijdens de nog uit te voeren observatie niet veel van de door BAS uitgevoerde waarnemingen zullen afwijken”. Voor zover [geïntimeerde] het verwijt maakt dat prof. Wijte zich niet aan de aanwijzingen van het hof heeft gehouden door slechts 14 van alle 870 betonelementen te onderzoeken, heeft [geïntimeerde] als zodanig dus gelijk maar betekent dat nog niet dat diens deskundigenrapport geen enkele basis voor de besluitvorming kan bieden. Bij gebreke van nadere inlichtingen moet het ervoor worden gehouden dat de bevindingen van BAS en prof. Wijte tezamen – ook qua aantal onderzochte roosters – in ieder geval een verantwoorde basis voor conclusies kunnen vormen.
“(…) vergt het een aanzienlijk onderzoek om de exacte omvang van de schade te bepalen. (…) Vanuit het oogpunt van de beperking van het risico is het realistisch dat aanzienlijk meer roosters worden vervangen dan het aantal dat door Technoconsult is aangegeven. Het exacte aantal te vervangen roosters kan alleen worden geschat en bedraagt naar verwachting ten minste (conservatief geschat) 25%. Dat zou gaan om zo’n 220 stuks.”(rapport, bladzijde 14). Het gaat hier volgens het rapport om de roosters die moesten worden vervangen indien niet alle roosters hadden hoeven worden vervangen. Het is niet noodzakelijk herstelwerkzaamheden aan de andere elementen te verrichten, aldus BAS.