Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer 5540463 CV EXPL 16-10717)
2.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep;
- de memorie van grieven met producties;
- de memorie in het incident van APG;
- de antwoordmemorie in het incident van [appellant] .
3.De beoordeling
Weliswaar zijn in beide zaken twee aparte rechtsvragen aan de orde, het feitencomplex is grotendeels gelijk en er spelen ook enkele zelfde juridische geschilpunten zoals de vraag of APG aan zijn re-integratieverplichtingen heeft voldaan. Voorts is de uitkomst van de procedure met nummer 200.219.208/01 van belang voor de onderhavige procedure. Ook de kantonrechter heeft beide zaken in eerste aanleg gelijktijdig behandeld en gezamenlijk beslist.
Het voorgaande, wat hier ook van zij, vormt voor het hof geen aanleiding voor een andere beslissing. Een voeging houdt slechts in dat beide procedures tegelijk worden behandeld en beslist. Er blijft echter sprake van twee verschillende procedures. Uitlatingen van partijen in de ene procedure gelden niet als automatisch gedaan in de andere procedure en de rechter dient in ieder van de procedures te beslissen op de grondslagen, verweren en stellingen die in die procedure zijn aangevoerd.