ECLI:NL:GHSHE:2017:1631
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake gedifferentieerde premie Werkhervattingskas voor startende werkgevers
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de Inspecteur van de Belastingdienst tegen een uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant. De belanghebbende, een BV opgericht in 2013, heeft vanaf 1 januari 2014 verzekeringsplichtig personeel in dienst en heeft een te verwachten premieplichtig loon van € 4.000.000. De kern van het geschil is of de belanghebbende als 'kleine werkgever' of als 'grote werkgever' moet worden aangemerkt voor de berekening van de gedifferentieerde premie Werkhervattingskas. De Inspecteur heeft de belanghebbende aangemerkt als 'kleine werkgever', wat zou betekenen dat een premiepercentage van 5,4% van toepassing is. De belanghebbende betwist dit en stelt dat zij als 'grote werkgever' moet worden beschouwd, met een lager premiepercentage van 1,03%. Het Hof oordeelt dat de belanghebbende als startende 'grote werkgever' moet worden aangemerkt, ondanks het ontbreken van premieplichtig loon in 2012. Het Hof baseert dit oordeel op de Toelichting bij het Besluit gedifferentieerde premie Werkhervattingskas 2014, waarin wordt gesteld dat startende 'grote werkgevers' in aanmerking komen voor een specifieke regeling. Het hoger beroep van de Inspecteur wordt ongegrond verklaard en de uitspraak van de Rechtbank blijft in stand.