ECLI:NL:GHSHE:2016:1034
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- L.Th.L.G. Pellis
- P.J.M. Bongaarts
- J.J. Minnaar
- Rechtspraak.nl
Bekrachtiging van de tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling wegens niet-nakoming van verplichtingen en ontstaan van bovenmatige schulden
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 17 maart 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep over de tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling van de appellant. De rechtbank Limburg had op 10 november 2015 de schuldsaneringsregeling uitgesproken, maar op verzoek van de bewindvoerder is deze op 17 juli 2015 tussentijds beëindigd. De rechtbank oordeelde dat de appellant zijn verplichtingen uit de schuldsaneringsregeling niet naar behoren was nagekomen en dat hij bovenmatige schulden had laten ontstaan. De appellant was het niet eens met deze beslissing en ging in hoger beroep.
Tijdens de mondelinge behandeling op 9 maart 2016 heeft de appellant zijn standpunten toegelicht. Hij betwistte dat hij zijn informatieplicht had geschonden en stelde dat hij niet op de hoogte was van de nieuwe schulden die waren ontstaan. De bewindvoerder voerde aan dat de appellant gedurende de looptijd van de schuldsaneringsregeling geen contact had opgenomen en dat hij niet had gereageerd op brieven. Het hof oordeelde dat de appellant structureel zijn informatieplicht niet nakwam en dat hij verantwoordelijk was voor het ontstaan van nieuwe schulden. Het hof concludeerde dat de tekortkomingen van de appellant verwijtbaar waren en dat er geen aanleiding was om de schuldsaneringsregeling te verlengen.
Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank en oordeelde dat de schuldsaneringsregeling van de appellant terecht tussentijds was beëindigd. De appellant had geen deugdelijk plan van aanpak voor het inlopen van zijn nieuwe schulden overgelegd, en de tekortkomingen waren zodanig dat de schuldsanering niet kon worden voortgezet.