ECLI:NL:GHSHE:2015:773
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- P.J.M. Bongaarts
- L.Th.L.G. Pellis
- J.J. Minnaar
- Rechtspraak.nl
Tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling wegens detentie en niet nakomen van verplichtingen
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 5 maart 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over de tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling van de appellant, die in detentie was. De appellant had eerder de schuldsaneringsregeling aangevraagd, maar was veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, wegens het plegen van een misdrijf. De rechtbank Zeeland-West-Brabant had op 21 januari 2015 de schuldsaneringsregeling tussentijds beëindigd, omdat de appellant niet aan zijn verplichtingen voldeed en de uitvoering van de regeling frustreerde door zijn detentie.
De appellant heeft in hoger beroep verzocht om de beëindiging van de schuldsaneringsregeling ongedaan te maken en deze te verlengen. Hij voerde aan dat zijn persoonlijke omstandigheden, zoals zijn werkervaring en de verwachting dat hij na zijn detentie weer aan de slag kan, voldoende zwaarwegend waren om een andere beslissing te rechtvaardigen. De bewindvoerder steunde de appellant, maar benadrukte ook dat detentie niet verenigbaar is met de schuldsaneringsregeling.
Het hof oordeelde dat het plegen van misdrijven in strijd is met de doelstellingen van de schuldsaneringsregeling en dat de appellant door zijn detentie niet in staat was om aan zijn verplichtingen te voldoen. Het hof concludeerde dat de persoonlijke omstandigheden van de appellant niet voldoende waren om de beëindiging van de schuldsaneringsregeling te rechtvaardigen. Het hof bekrachtigde daarom het vonnis van de rechtbank, waarmee de schuldsaneringsregeling van de appellant tussentijds werd beëindigd.