7.1.Bij de comparitie na aanbrengen hebben partijen geen minnelijke regeling bereikt.
7.2.1.Tegen de feitenvaststelling door de rechtbank in het bestreden vonnis van 19 februari 2014 onder 2.1 tot en met 2.8 zijn geen grieven gericht en deze feiten zijn in hoger beroep niet betwist. Deze feiten vormen ook voor het hof het uitgangspunt. Daarnaast acht het hof nog andere feiten van belang.
Het gaat in deze zaak om het volgende.
7.2.2.[appellante] is door [bedrijf] Projectontwikkeling Zuid B.V., Vado Properties Maastricht B.V. en Project Research & Management B.V. opgericht om het project “Villapark de [appellante]” in [plaats] (hierna: “het Park”) te realiseren. De heer [directeur van Ontwikkeling B.V.] (hierna: “[directeur van Ontwikkeling B.V.]”) is directeur van [appellante].
7.2.3.[appellante] heeft dit stedenbouwkundig- en landschapsplan in 2005 in samenwerking met de gemeente [plaats] ontwikkeld (hierna: “het plan”). Het plan bestaat uit de verkoopfases 1, 2 en 3. De ontwikkeling van verkoopfase 1 werd het eerst gestart. De ontwikkeling van verkoopfase 2 was ten tijde van dit hoger beroep in gang gezet. De ontwikkeling van verkoopfase 3 is nog niet gestart.
7.2.4.Oorspronkelijk bestond het plan uit 56 villa’s, 12 landhuizen, twee appartementencomplexen met in totaal 28 appartementen en 16 vrij te bouwen kavels. In 2011 is het plan aangepast, in die zin dat de 12 landhuizen en de twee appartementencomplexen zijn komen te vervallen.
7.2.5.[geïntimeerden] hebben met [appellante] koop-/aannemingsovereenkomsten gesloten op respectievelijk 31 augustus 2010 ([geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2]), 11 december 2009 ([geïntimeerde 3] en [geïntimeerde 4]) en 14 maart 2011 ([geïntimeerde 5] en [geïntimeerde 6]) met betrekking tot de bouwkavels waarop [appellante] de huidige woningen van [geïntimeerden] heeft gebouwd. De kavels waarop de woningen zijn gebouwd vallen alle drie binnen verkoopfase 1 van het project het Park.
7.2.6.Het Park grenst aan natuurgebied de Brunssummerheide. In de voorafgaande aan het sluiten van de koop-/aannemingsovereenkomsten door (of vanwege) [appellante] aan [geïntimeerden] ter beschikking gestelde verkoopbrochure voor het Park (prod. 8 [geïntimeerden]) is onder meer vermeld:
“Van de bestaande flora zijn zoveel mogelijk bomen, groen en heide gehandhaafd. Sterker nog: het groen wordt zelfs uitgebreid met nieuwe aanplantingen om de bijzondere kwaliteiten van het heidegebied nog meer te benadrukken. Om die reden bestaat het plan vooral uit vrijstaande woningen zodat de natuur overal tussendoor kan groeien en bloeien. Meer dan 50% van het oppervlak van de [appellante] blijft openbaar groen en landschap. Een unieke aanpak.
(…)
Het bestuur van een nog op te richten Vereniging van Eigenaren (VVE zijnde een coöperatieve vereniging) zal een extern groenbedrijf contracteren voor het onderhoud van de groenvoorzieningen van het gemeenschappelijke park tussen de woningen. De bewoners zelf hebben dus geen omkijken naar het natuuronderhoud.(…)
Om de overgang vloeiend te laten verlopen, wordt in de verkoopprijs van de woningen een budget opgenomen ten behoeve van het parkbeheer en –onderhoud.”
7.2.7.In de voorafgaand aan of bij gelegenheid van het sluiten van de koop-/aannemingsovereenkomsten aan [geïntimeerden] ter beschikking gestelde Algemene kopersinformatie (prod. 3 [geïntimeerden]; overgelegd vanaf p. 12) is onder meer vermeld:
“
Het landschap is en blijft in stand gehouden en mag niet worden gebruikt voor individuele doeleinden; u bent samen met alle andere bewoners van het park inclusief de eigenaren van de vrije bouwkavels eigenaar van het gehele heide- en boslandschap. De instandhouding en onderhoud van dit prachtige heide-landschap wordt geregeld via een coöperatieve vereniging van alle eigenaren. (…) Zo heeft u geen omkijken naar het landschap en kunt u vanuit uw eigen patiotuin genieten van het feit dat dit concept en regeling een beste voorwaarde is voor een blijvende kwaliteit van uw direct omgeving! Immers u bent eigenaar en niet de gemeente [plaats].
Tot slot
(…) moeten wij een voorbehoud maken ten aanzien van wijzigingen voortvloeiende uit de eisen van de overheid, nutsbedrijven (…)
Het ontwikkelen van een kwalitatieve villawijk zoals de [appellante] is een voortdurend proces, waarbij, naarmate dit proces vordert, een steeds verdere verfijning en bijstelling van het ontwerp plaatsvindt. (…) Uitdrukkelijk wijzen wij u erop dat de tekeningen, voor zover niet behorend bij een bestemming- ofuitwerkingsplan, geen juridische werking hebben.
Op de Algemene kopersinformatie volgt (vanaf p. 18) een stuk getiteld “
Beschrijving coöperatieve vereniging landschap- en natuurbeheer villapark de [appellante]”, waarin onder meer is vermeld:
“
Overdracht
Per (verkoop)fase van het plan. (…) Deze overdracht per fase wordt ook voor de volgende 2-3 (verkoop)fasen van het plan uitgevoerd. Wijzigingen in het plan en landschap zijn in volgende fasen mogelijk en strikt aan de ontwikkelaar voorbehouden.”
7.2.8.In de koop-/aannemingsovereenkomsten, waarin [appellante] als “de ondernemer” en [geïntimeerden] als “de verkrijger” zijn aangeduid, is onder meer bepaald:
“Inrichting en onderhoud openbaar gebied
Artikel 31
1.Inleiding
De verkrijger wordt eigenaar van een woning in Villapark de [appellante], van plandeel Heide (fase 1). Naast het eigendom van de toekomstige woning en de grond van de eigen woning wordt de verkrijger ook (indirect) mede-eigenaar van het gehele landschap door middel van het lidmaatschap van een specifiek daarvoor op te richten coöperatie. (…) De vereniging wordt eigenaar van alle gemeenschappelijk groen (het landschap) van het Villapark de [appellante].
(…)
Het beheer en onderhoud van het landschap gebeurt echter niet door gemeente [plaats] maar door de vereniging, waarvan de enige leden de bewoners in het park zijn. De kosten van het beheer en onderhoud worden als zodanig gelijkmatig verdeeld over alle woningeigenaren van het Villapark, zie hierna onder 6. De ondernemer zal tijdelijk totdat het gehele plan is verkocht en gerealiseerd is, lid en tevens bestuurder zijn.
(…)
3.Oprichting en bestuur
De ondernemer zal de vereniging voor haar rekening oprichten en de kopers van woningen en vrije kavels worden automatisch lid van deze vereniging bij de akte van levering. De koop van hun woning is rechtstreeks gekoppeld met het verplicht lidmaatschap van de vereniging en als zodanig het (indirect als lid) mede-eigenaar worden van het landschap. ”
(…)
4.Overdracht
Per (verkoop)fase van het plan. Op moment dat alle infrastructuur en gemeenschappelijke groenaanleg is uitgevoerd wordt de betreffende fase overgedragen (eerst aan de gemeente voor wat betreft de rijwegen en openbare verlichting) en voor wat betreft het gemeenschappelijk groen aan de vereniging. Deze overdracht per fase wordt ook voor de volgende 2-3 (verkoop)fasen van het plan uitgevoerd. Wijzigingen in het plan en landschap zijn in volgende fasen mogelijk en strikt aan de ondernemer voorbehouden. Aan de plantekening voor de opvolgende verkoopfasen kunnen door de leden van de eerdere fase(n) geen rechten worden ontleend.
De overdracht geschiedt voor een bedrag van EURO 1,-.
(…)
6. Kosten/Bijdrage(ver)plicht(ing)
(…) De ondernemer zal voor de eerste 5 jaren alle beheer- en onderhoudskosten dragen vanaf de oplevering eerste (verkoop)fase van het plan. (…) De kosten voor dit onderhoud na ommekomst van die vijfjaarsperiode zijn thans (globaal) begroot op zo’n EURO 25,- (prijspeil 2009) per maand per woning. (…)
Verkoopbrochure, artist-impression(s) en verkooptekeningen
Artikel 32
De in de verkoopbrochure en verkooptekeningen opgenomen situatietekening en overige plattegrondtekeningen en artist-impression(s), inzake openbaar gebied, zijn slechts indicatief. Aan deze documenten kunnen geen rechten worden ontleend. (…)
De verkrijger verklaart uitdrukkelijk ermee bekend te zijn dat de verkoopbrochure géén contractstuk is en enkel en alleen dient voor de globale beeldvorming van de woning(en) en er voorts eventuele wijzigingen/afwijkingen/aanpassingen hebben plaatsgevonden, welke zijn verwerkt in de verkooptekeningen en de technische omschrijving.
Uitsluitend de door verkrijger ondertekende contractstukken, als genoemd in de bescheidenlijst, zijn dan ook bepalend en maatgevend. (…)”
7.2.9.De leveringsaktes van respectievelijk 27 december 2010 ([geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2]), 11 maart 2011([geïntimeerde 3] en [geïntimeerde 4]) en 24 mei 2011 ([geïntimeerde 5] en [geïntimeerde 6]) bevatten in artikel 10 een regeling met betrekking tot de coöperatieve vereniging. Hierin is, voor zover thans relevant, bepaald:
“Koper is bekend met het feit dat ten behoeve van het beheer, exploitatie, onderhoud en inrichting van het landschappelijk park gelegen rondom de kavels/woningen en appartementen van Villapark “De [appellante]” een coöperatieve vereniging zal worden opgericht genaamd: Coöperatieve Vereniging Villapark “De [appellante]” te [plaats]. Deze coöperatie zal de gronden voor genoemd landschappelijk park – in fasen – in eigendom verwerven van verkoper.
In verband met het vorenstaande verklaart koper, zijn rechtsverkrijgende(n) onder algemene titel dan wel bijzondere titel en/of hun gebruiker(s) bekend te zijn met het feit dat:
a.
hij zich verbindt lid te worden van voornoemde coöperatieve vereniging in verband met het feit dat voornoemde coöperatieve vereniging de eigendom zal verwerven van de gronden voor genoemd landschappelijk park. Bedoelde coöperatieve vereniging heeft ten doel het beheer, exploitatie alsmede onderhoud en inrichting, herstel of vernieuwing van voornoemd landschappelijk park. (…)”
7.2.10.Aan de akte van levering is een “
Document van waarmerking”gehecht, waarin de verkrijger verklaart een afschrift te hebben ontvangen van een aantal stukken en verklaart met die stukken akkoord te gaan. Tot die stukken (in totaal 12) behoren de “
Algemene kopersinformatie plandeel heide” (hof: r.o. 7.2.7). Bij nr 9 op die lijst staat vermeld “
De bladzijdes 1 tot en met 11 van de Algemene kopersinformatie gelden ter informatie en maken geen onderdeel uit van de contractstukken;”. Als nr. 11 op die lijst is vermeld een “
Tekening plangebied d.d. 06-04-2009”. Dit is de tekening die door [geïntimeerden] als prod. 1 bij mva in het geding is gebracht.
7.2.11.Bij brief van 11 oktober 2012 is door [appellante] aan [geïntimeerden] een schriftelijke toelichting gegeven op planwijzigingen die [appellante] in gang heeft gezet en waarover [geïntimeerden] op 3 oktober 2012 reeds mondeling zijn geïnformeerd. Tot deze planwijziging is door [appellante] besloten in verband met het feit dat in vijf jaar tijd pas 6 huizen/kavels zijn verkocht, terwijl verwacht werd dat in die tijd circa 80 eenheden zouden zijn verkocht. [appellante] schrijft met betrekking tot de aanpassingen:
“
Teneinde zoveel mogelijk potentiële kopers te interesseren voor de locatie [appellante] is besloten het accent dat tot op heden lag op projectwoningen te midden van een gemeenschappelijk groenlandschap minder zwaar aan te zetten. Meer dan in de oude situatie het geval was, worden kopers voortaan in de gelegenheid gesteld een (grotere) eigen kavel te verwerven, hetzij voor zelfbouw hetzij voor een projectwoning. In het kader van de grotere mate van verkaveling willen wij ook de bestaande kopers van woningen in de gelegenheid stellen om kosteloos een grotere kavel in eigendom te verwerven. Zie ook de situatieschets opgenomen in de bijlage. Net als in het oude plan zal alle grond in het plangebied die niet verkaveld wordt en niet als openbaar gebied (openbare weg) aan de gemeente gaat worden overgedragen in de nog op te richten coöperatieve vereniging worden ondergebracht, waarvan alle kopers (verplicht) deel uitmaken. Doordat er meer grond verkaveld gaat worden, zal er naar verwachting straks minder grond in de coöperatieve vereniging worden ondergebracht, hetgeen onder meer als consequentie zal hebben dat er minder vrij te betreden gebied zal ontstaan, maar bijvoorbeeld ook dat de toekomstige onderhoudskosten lager zullen worden.
(…)
In ons gesprek op woensdagavond is de vraag naar voren gekomen of het doorvoeren van planinhoudelijke aanpassingen zomaar zonder uw instemming kan. Het antwoord hierop is naar onze mening ja, immers in de met u gesloten koopovereenkomst zijn geen afspraken gemaakt over de omvang van de kavels die uitgegeven gaan worden en de omvang van het gezamenlijk groengebied. U heeft op dit moment geen eigenaarsrechten buiten die van de op uw naam staande kavel. De coöperatieve vereniging die straks over het gezamenlijk groen gaat is nog niet opgericht en deze vereniging beschikt derhalve eveneens niet over eigendomsrechten.”
7.2.12.Namens [geïntimeerden] is hierop gereageerd bij brieven van 30 november 2012 respectievelijk 24 december 2012. Zij hebben zich daarin op het standpunt gesteld dat de voormelde aanpassingen niet zonder toestemming van de reeds aanwezige eigenaren mogen plaatsvinden. In de koopovereenkomst en leveringsakte zijn op dit punt duidelijke en concrete afspraken gemaakt en [geïntimeerden] verlangen dat deze worden nagekomen. Zij wensen dat de bestaande situatie gehandhaafd blijft.
7.2.13.Bij brieven van 11 december 2012 respectievelijk 8 januari 2013 heeft [appellante] gereageerd met de mededeling dat zij in de brieven van [geïntimeerden] geen argumenten heeft gevonden waarom de plannen niet zouden moeten en mogen worden aangepast.
7.3.1.[geïntimeerden] hebben daarop [appellante] gedagvaard. Zij vorderden in eerste aanleg:
“
dat het de rechtbank behage, bij vonnis voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
1.
te verklaren voor recht dat gedaagde(hof: [appellante])
door over te gaan tot planinhoudelijke aanpassingen m.b.t. verkoopfase 1 zoals hiervoor beschreven, de met eisers(hof: [geïntimeerden])
gemaakte afspraken niet nakomt en derhalve is gehouden de daardoor geleden en nog te lijden schade aan [geïntimeerden] te vergoeden;
2.
gedaagde te veroordelen tot nakoming van de koop-/aannemingsovereenkomsten met eisers en gedaagde derhalve te verplichten om geen planinhoudelijke wijzigingen door te voeren voor verkoopfase 1, zulks op straffe van een dwangsom van € 500.000,- per overtreding, met een maximum van € 5.000.000,-;
3.
gedaagde te veroordelen in de kosten van het geding.”
7.3.2.Aan hun vorderingen legden [geïntimeerden], kort gezegd, ten grondslag dat [appellante], indien zij de door haar voorgenomen wijziging zou doorvoeren, daarmee in strijd met de voor haar uit de koop-/aannemingsovereenkomsten voortvloeiende verplichtingen zou handelen.
7.3.3.[appellante] heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Dat verweer zal, voor zover in hoger beroep van belang, hierna aan de orde komen.
7.3.4.De rechtbank heeft een comparitie van partijen gelast, die op 3 september 2013 is gehouden. Het daarvan opgemaakte proces-verbaal bevindt zich bij de stukken.
Bij het bestreden vonnis van 19 februari 2014 heeft de rechtbank de vorderingen van [geïntimeerden] grotendeels toegewezen. Het dictum luidt:
“
5.1. verklaart voor recht dat [appellante] Ontwikkeling B.V. door over te gaan tot de litigieuze planinhoudelijke aanpassingen met betrekking tot verkoopfase 1 de met [geïntimeerden] gemaakte afspraken (toerekenbaar) niet nakomt en derhalve gehouden is de daardoor geleden en nog te lijden schade aan [geïntimeerden] te vergoeden,