4.1.Tegen de door de kantonrechter vastgestelde feiten zijn geen grieven aangevoerd, zodat ook het hof hiervan zal uitgaan. Het gaat in deze zaak om het volgende.
- [appellante], geboren op [geboortedatum] 1954, is op 19 maart 1979 bij BIC in dienst getreden, waar zij laatstelijk werkzaam was in de functie van afdelingsmanager Customer Services tegen een salaris van € 3.822,63 bruto per maand, exclusief 9% vakantietoeslag.
- Over de jaren 1999 tot en met 2008 heeft BIC aan [appellante] een persoonlijke bonus uitgekeerd, te weten:
een bedrag van € 3.904,00 bruto over 1999;
een bedrag van € 3.904,00 bruto over 2000;
een bedrag van € 2.500,00 bruto over 2001;
een bedrag van € 2.966,43 bruto over 2002;
een bedrag van € 2.631,20 bruto over 2003;
een bedrag van € 2.493,20 bruto over 2004;
een bedrag van € 2.883,00 bruto over 2005;
een bedrag van € 2.797,00 bruto over 2006;
een bedrag van € 3.273,00 bruto over 2007;
een bedrag van € 3.515,00 bruto over 2008.
- In september 2009 is tussen partijen een diepgaand verschil van mening ontstaan over de wijze waarop [appellante] haar werkzaamheden dient uit te voeren, met name over de plaats van waaruit dat dient te geschieden.
- Bij brief van 27 november 2009 heeft BIC [appellante] een laatste formele waarschuwing gegeven met betrekking tot de weigering van [appellante] om haar werkplek te verplaatsen naar de afdeling tussen haar medewerkers.
- BIC heeft [appellante] bij brief van 6 januari 2010 voor 14 dagen op non-actief gesteld, waarna [appellante] op 25 januari 2010 haar werkzaamheden weer heeft hervat.
- Op 25 januari 2010 heeft mevrouw [medewerker van BIC] van BIC een functioneringsgesprek en bespreking met [appellante] gehouden, waarna BIC [appellante] opnieuw op non-actief heeft gesteld en heeft aangekondigd dat een ontslagvergunning voor [appellante] zal worden verzocht bij het UWV WERKbedrijf.
- Op het intranet van BIC hebben op 17 februari 2010 ter zake van het exceptioneel premium, voor zover thans relevant, de volgende berichten gestaan:
“(…) In addition, we want all BIC employees to benefit from our strong performance which is why we have also decided to distribute an exceptional premium to all BIC employees and factory workers who are not eligible for the stock option or share grant plans.
The exception premium will be paid in march 2010 to employees present in the company on 31-DEC-2008 and still present at the date of payment. The amount of the premium will be communicated in early March. (…).”
“(…) The premium will be paid in MAR 2010. (…).”
- Op 11 maart 2010 heeft het UWV WERKbedrijf haar toestemming aan BIC onthouden om de arbeidsovereenkomst met [appellante] op te zeggen.
- BIC heeft bij verzoekschrift van 8 juni 2010 de kantonrechter te Bergen op Zoom verzocht om de arbeidsovereenkomst met [appellante] te ontbinden.
- Bij beschikking van 27 juli 2010 met zaak/rolnummer 605272 AZ VERZ 10-165 heeft de kantonrechter te Bergen op Zoom de tussen partijen bestaande arbeidsovereenkomst ontbonden met ingang van 1 augustus 2010, onder toekenning van een ontbindingsvergoeding aan [appellante] ten bedrage van € 110.000,- bruto, met compensatie van de proceskosten.
- In deze beschikking is heeft de kantonrechter - voor zover thans van belang - overwogen:
“(…)