Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
3.Geschil, alsmede standpunten en conclusies van partijen
4.Gronden
zijnontsnapt; hij erkent immers zelf dat zij niet aan zijn aandacht ontsnappen
konden. En dus heeft hij, zo zou de conclusie luiden, de inkomsten met opzet niet aangegeven.
kunnenzijn ontsnapt, hij stelt dat de inkomsten niet aan zijn aandacht
zijnontsnapt: hij heeft ze namelijk, zo stelt hij, aangegeven. Het Hof heeft dat laatste weliswaar niet aannemelijk geacht, maar indien belanghebbende oprecht is in zijn overtuiging dat hij de inkomsten
heeftaangegeven, dan meent hij vanzelfsprekend ook oprecht dat de inkomsten niet aan zijn aandacht konden of zijn ontsnapt.
5.Beslissing
- verklaarthet hoger beroep gegrond,
- vernietigtde uitspraak van de Rechtbank, maar alleen voor zover het betreft de boetebeschikking en het griffierecht,
- vernietigtde boetebeschikking,
- gelastdat de Inspecteur aan belanghebbende het door hem betaalde griffierecht bij de Rechtbank en het Hof ad (in totaal) € 156 vergoedt.
M.M. Stassen-Kanters, griffier. De beslissing is op die datum ter openbare zitting uitgesproken en afschriften van de uitspraak zijn op die datum aangetekend aan partijen verzonden.