In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 23 juli 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep over een informatiebeschikking die door de Inspecteur was afgegeven aan belanghebbende, een ondernemer die in de jaren 2006 tot en met 2010 twee bedrijfspanden verhuurde. De Inspecteur had de informatiebeschikking vastgesteld omdat belanghebbende niet voldeed aan de verplichtingen van artikel 52 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR). Belanghebbende had een deel van haar administratie verloren door diefstal uit haar auto en had geen back-up of kopieën van de administratie. Het Hof oordeelde dat het verlies van de administratie voor rekening van belanghebbende moest blijven en dat de informatiebeschikking niet in strijd was met het evenredigheids- en doeltreffendheidsbeginsel. Het Hof bevestigde de uitspraak van de Rechtbank Breda, die het beroep van belanghebbende ongegrond had verklaard. Belanghebbende kreeg een termijn van acht weken om alsnog de in de beschikking gestelde vragen te beantwoorden en de verzochte informatie te verstrekken. Het Hof concludeerde dat de Inspecteur terecht had gehandeld door de informatiebeschikking vast te stellen, aangezien belanghebbende niet had voldaan aan haar administratieplicht.