ECLI:NL:GHSHE:2011:BP9350
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Verkiezingsfraude in de gemeente Landerd en strafoplegging na terugwijzing door de Hoge Raad
In deze zaak, die betrekking heeft op verkiezingsfraude in de gemeente Landerd, heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 28 maart 2011 uitspraak gedaan na een terugverwijzing door de Hoge Raad. De zaak betreft een hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank 's-Hertogenbosch van 27 maart 2007, waarin de verdachte werd beschuldigd van het plegen van verkiezingsfraude tijdens de gemeenteraadsverkiezingen op 7 maart 2006. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het manipuleren van de stemcomputer, waardoor hij onterecht stemmen voor zichzelf heeft kunnen uitbrengen. Dit heeft geleid tot een schending van het vertrouwen van de inwoners in een eerlijke democratische verkiezing.
Het hof heeft de zaak opnieuw beoordeeld, waarbij het de vordering van de advocaat-generaal in overweging heeft genomen. De advocaat-generaal heeft een taakstraf van 180 uur geëist, subsidiair 90 dagen hechtenis. Het hof heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd, en de persoonlijke situatie van de verdachte. Ondanks de ernst van de verkiezingsfraude, heeft het hof besloten om een taakstraf op te leggen, mede vanwege de negatieve impact die de zaak op het leven van de verdachte en zijn gezin heeft gehad, en het tijdsverloop sinds het delict.
De beslissing van het hof is gebaseerd op verschillende artikelen van het Wetboek van Strafrecht, en het hof heeft het eerdere vonnis vernietigd voor zover dit aan zijn oordeel was onderworpen. De uiteindelijke straf is een taakstraf van 180 uur, met de mogelijkheid van vervangende hechtenis indien deze niet naar behoren wordt verricht.