ECLI:NL:HR:2010:BK9221
Hoge Raad
- Cassatie
- F.H. Koster
- J.W. Ilsink
- W.M.E. Thomassen
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van de strafoplegging in verband met manipulatie van stemcomputer tijdens gemeenteraadsverkiezingen
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 30 maart 2010 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De verdachte was veroordeeld voor het manipuleren van een stemcomputer tijdens de gemeenteraadsverkiezingen op 7 maart 2006 in de gemeente Landerd. De verdachte had bedrieglijke handelingen gepleegd waardoor stemmen van onwaarde werden en hij zelf als gekozen persoon werd aangewezen. Het Hof had de verdachte een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden opgelegd, met een proeftijd van twee jaar, en daarnaast een taakstraf van 240 uren. De Hoge Raad oordeelde dat het Hof onvoldoende had gemotiveerd waarom naast de voorwaardelijke gevangenisstraf ook een taakstraf was opgelegd, vooral omdat de wetgeving geen basis bood voor ontzetting uit het passief kiesrecht, wat het Hof als bijkomende straf had overwogen. De Advocaat-Generaal had geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest en terugwijzing naar het Gerechtshof voor herbehandeling van de zaak. De Hoge Raad vernietigde de uitspraak van het Hof, maar alleen wat betreft de strafoplegging, en wees de zaak terug naar het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch voor herbehandeling. De Hoge Raad verwierp het beroep voor het overige, wat betekent dat de bewezenverklaring van de strafbare feiten intact bleef.