ECLI:NL:GHSGR:2012:BY5513

Gerechtshof 's-Gravenhage

Datum uitspraak
11 oktober 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
22-002763-12
Instantie
Gerechtshof 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte wegens niet voldoen aan bevel van ambtenaren op basis van APV Ridderkerk

In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 11 oktober 2012 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere veroordeling van de verdachte door de rechtbank Rotterdam. De verdachte werd beschuldigd van het niet naleven van een bevel of vordering van ambtenaren, zoals vastgelegd in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) van de gemeente Ridderkerk. De rechtbank had de verdachte in eerste aanleg veroordeeld tot een geldboete van € 50,-, subsidiair 1 dag hechtenis. De verdachte ging in hoger beroep tegen dit vonnis.

Het hof heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd en de verdachte schuldig verklaard zonder oplegging van straf of maatregel. Dit arrest werd echter door de Hoge Raad der Nederlanden vernietigd, waarna de zaak opnieuw werd terugverwezen naar het hof voor herbehandeling. Tijdens de zitting op 11 oktober 2012 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal, die vrijspraak vroeg, in overweging genomen.

Het hof heeft vastgesteld dat de tenlastelegging niet wettig en overtuigend bewezen kon worden. De Hoge Raad had eerder overwogen dat de APV Ridderkerk niet kan worden aangemerkt als een wettelijk voorschrift op basis waarvan vorderingen of bevelen kunnen worden gegeven. Gezien deze overwegingen heeft het hof geoordeeld dat de verdachte niet schuldig was aan de hem ten laste gelegde feiten en heeft het hof de verdachte vrijgesproken. Het arrest is uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier en is ondertekend door de rechters, met uitzondering van mr. A.W.M. Bijloos, die buiten staat was om te ondertekenen.

Uitspraak

Rolnummer: 22-002763-12
Parketnummer: 10-692117-08
Datum uitspraak: 11 oktober 2012
TEGENSPRAAK
Gerechtshof te 's-Gravenhage
meervoudige kamer voor strafzaken
Arrest
gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 21 januari 2010 in de strafzaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortejaar] 1989,
[adres].
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en - na verwijzing van de zaak door de Hoge Raad der Nederlanden - het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van dit hof van 11 oktober 2012.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot vrijspraak van de verdachte, en van hetgeen namens de verdachte naar voren is gebracht.
Procesgang
In eerste aanleg is de verdachte ter zake van het ten laste gelegde veroordeeld tot een geldboete ter hoogte van € 50,-, subsidiair 1 dag hechtenis.
Namens de verdachte is tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
Dit hof heeft bij arrest van 18 januari 2011 het vonnis waarvan beroep vernietigd en de verdachte ter zake van het ten laste gelegde schuldig verklaard zonder oplegging van straf of maatregel.
Tegen dit arrest is namens de verdachte beroep in cassatie ingesteld.
De Hoge Raad der Nederlanden heeft bij arrest van 15 mei 2012, nr. S 11/00393 voormeld arrest vernietigd en de zaak naar dit hof teruggewezen teneinde de zaak op het bestaande hoger beroep opnieuw te berechten en af te doen.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 01 januari 2008 te Ridderkerk opzettelijk niet heeft voldaan aan een bevel of een vordering, krachtens artikel 2.1.1.1 onder 2 van de Algemene Plaatselijke Verordening van de gemeente Ridderkerk, in elk geval krachtens enig wettelijk voorschrift gedaan door [benadeelde partij], hoofdagent van politie Rotterdam-Rijnmond en/of [benadeelde partij], agent van politie Rotterdam-Rijnmond, die was/waren belast met de uitoefening van enig toezicht en/of die was/waren belast met en/of bevoegd verklaard tot het opsporen en/of onderzoeken van strafbare feiten, immers heeft verdachte toen en daar opzettelijk, nadat deze/die ambtena(a)r(en) hem had(den) bevolen, althans van hem had(den) gevorderd zich te verwijderen van de ingang/uitgang van sporthal "De Fakkel", gelegen op of aan de Fakkel, geen gevolg gegeven aan dit bevel of die vordering.
Het vonnis waarvan beroep
Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven omdat het hof zich daarmee niet verenigt.
Vrijspraak
Door de Hoge Raad der Nederlanden is in zijn arrest van 15 mei 2012 onder meer overwogen (2.3.):
"Art. 184, eerste lid, Sr eist een "krachtens wettelijk voorschrift" gedane vordering. Een dergelijk voorschrift moet uitdrukkelijk inhouden dat de betrokken ambtenaar gerechtigd is tot het doen van een vordering (vgl. HR 29 januari 2008, LJN BB4108, NJ 2008/206). Voormeld art. 2.1.1.1 APV Ridderkerk - al dan niet in verbinding met art. 6.2 APV Ridderkerk - kan niet worden aangemerkt als een wettelijk voorschrift op basis waarvan vorderingen of bevelen kunnen worden gegeven waaraan op straffe van overtreding van art. 184, eerste lid, Sr moet worden voldaan."
Gelet op de hiervoor weergegeven overweging van de Hoge Raad kan naar 's hofs oordeel in casu - overeenkomstig de vordering van de advocaat-generaal - niet wettig en overtuigend bewezen worden geacht hetgeen aan de verdachte is ten laste gelegd, zodat de verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken.
BESLISSING
Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Dit arrest is gewezen door mr. F.A.M. Bakker,
mr. M.J. de Haan-Boerdijk en mr. A.W.M. Bijloos, in bijzijn van de griffier mr. R.W. van Zanten.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 11 oktober 2012.
Mr. A.W.M. Bijloos is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.