ECLI:NL:GHLEE:2007:BB5756
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- G.M. van der Meer
- J. Huiskes
- H. Bakker
- Rechtspraak.nl
Omzetbelasting en de status van een kringloopwinkel als ondernemer
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Leeuwarden op 12 oktober 2007, staat de vraag centraal of Stichting X, die een kringloopwinkel exploiteert, omzetbelasting verschuldigd is over haar volledige omzet. De inspecteur van de Belastingdienst had een naheffingsaanslag opgelegd voor het belastingjaar 2004, waarbij een bedrag van € 6.136,- aan omzetbelasting en een boete van € 306,- was opgelegd. Na bezwaar van de belanghebbende werd de naheffingsaanslag verlaagd, maar de rechtbank Leeuwarden verklaarde het beroep van de belanghebbende ongegrond. Hierop volgde hoger beroep bij het Gerechtshof.
De belanghebbende stelt dat zij geen omzetbelasting verschuldigd is over de volledige omzet, maar slechts over specifieke posten, zoals 'overig textiel' en 'doorberekende bezorgkosten'. Zij betoogt dat de verkopen in haar winkel moeten worden gezien als transacties tussen particulieren, die vrijgesteld zouden moeten zijn van omzetbelasting. De inspecteur daarentegen is van mening dat de margeregeling van toepassing is en dat de belanghebbende als wederverkoper moet worden aangemerkt.
Het hof oordeelt dat de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat de belanghebbende ondernemer is voor de omzetbelasting, omdat zij gebruikte goederen verkoopt vanuit haar kringloopwinkel. Het hof bevestigt dat de belanghebbende omzetbelasting verschuldigd is over haar volledige omzet, aangezien de goederen om niet zijn verkregen en de door haar in rekening gebrachte vergoeding gelijk is aan de winstmarge. Het hof ziet geen aanleiding om prejudiciële vragen te stellen aan het Hof van Justitie, omdat dit niet noodzakelijk is voor de beslissing in deze zaak. De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd, en het hoger beroep wordt ongegrond verklaard.