ECLI:NL:GHLEE:2004:AO4021
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- P. Pruiksma
- M. Hiemstra
- Rechtspraak.nl
Waarde onroerende zaak per 1 januari 1999 in geschil tussen belanghebbende en het hoofd van de afdeling Financiën
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Leeuwarden op 13 februari 2004, staat de waarde van een onroerende zaak centraal. De belanghebbende, eigenaar van een vrijstaande woning aan de a-weg 6 te Z, is in beroep gegaan tegen de door het hoofd van de afdeling Financiën van de gemeente Borger-Odoorn vastgestelde waarde van de woning per 1 januari 1999. De waarde was oorspronkelijk vastgesteld op ƒ 685.000,-- (€ 310.839,--), maar na bezwaar was deze verlaagd naar ƒ 566.000,-- (€ 256.839,--). De belanghebbende betwist deze waarde en stelt dat de woning slechts een waarde heeft van ƒ 295.000,-- (€ 133.865,--).
Tijdens de mondelinge behandeling op 15 december 2003 in Assen, hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. De belanghebbende heeft zijn standpunt onderbouwd met argumenten, maar het hoofd heeft een taxatierapport overgelegd dat de vastgestelde waarde ondersteunt. Het gerechtshof heeft vastgesteld dat de waarde moet worden bepaald op basis van de waarde die per 1 januari 1999 aan de onroerende zaak kan worden toegekend, rekening houdend met de staat van de woning en de marktomstandigheden.
Het hof oordeelt dat het hoofd in zijn bewijslast is geslaagd door het overleggen van een goed onderbouwd taxatierapport. Dit rapport is opgesteld door een WOZ-gecertificeerd taxateur en maakt gebruik van vergelijkingsmethoden met referentiewoningen. Het hof concludeert dat de verschillen tussen de vergelijkingspercelen en de woning van de belanghebbende adequaat zijn weergegeven in het rapport.
Uiteindelijk komt het gerechtshof tot de conclusie dat de waarde van de onroerende zaak niet te hoog is vastgesteld en dat het beroep van de belanghebbende ongegrond is. De proceskosten worden niet toegewezen, aangezien er geen termen aanwezig zijn voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is op 18 februari 2004 aangetekend verzonden aan beide partijen.