Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
- de appeldagvaarding tevens houdende grieven en verzoek schorsing uitvoerbaarverklaring bij voorraad van 15 mei 2024, waarmee de man in hoger beroep is gekomen van het vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Rotterdam van 18 april 2024, hierna ook: het bestreden vonnis;
- de beslissing van de rolraadsheer dat het verzoek om spoedappel is afgewezen;
- de memorie van antwoord tevens houdende incidenteel appel van de vrouw, met bijlagen;
3.Feitelijke achtergrond
€ 185.000,- zal worden toegedeeld aan de man onder de verplichting de op de woning rustende hypothecaire lening van € 195.000,- voor zijn rekening te nemen en als eigen schuld te voldoen. De afkoopwaarde van de levensverzekering van per 1 mei 2014 € 6.771,88 zal worden toegedeeld aan de man onder de verplichting de premies met ingang van de ondertekening van het convenant geheel voor zijn rekening te nemen en als eigen schuld te voldoen. Het vorenstaande geldt onder de opschortende voorwaarde dat de hypotheeknemer de vrouw ontslaat uit haar hoofdelijke aansprakelijkheid met betrekking tot de hypothecaire schuld. Partijen zijn ten slotte overeengekomen dat de transportakte waarbij het aandeel van de vrouw in de woning aan de man zal worden geleverd, zo spoedig mogelijk na de inschrijving van de echtscheidingsbeschikking zal worden gepasseerd.
4.Procedure bij de voorzieningenrechter in eerste aanleg
primair: de vrouw op de voet van het bepaalde in artikel 3:174 van het Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) te machtigen tot het te gelde maken van de woning te [postcode] [woonplaats] , aan de [adres] (hierna ook: de woning) door de woning met behulp van [makelaar] te [woonplaats] te koop aan te bieden en vervolgens tegen een door de makelaar redelijk geachte prijs te verkopen en te leveren aan een derde, met verdeling van de opbrengst, waarbij het vonnis, voor zover nodig, in de plaats treedt van de medewerking van de man aan de verkoop en levering van de woning;
5.Vorderingen in hoger beroep
in principaal en incidenteel hoger beroepom de man te veroordelen in de kosten van de procedure van het principaal en incidenteel appel.
naar het hof begrijpt: voorwaardelijk- aangevuld in die zin dat hij indien het hof zijn vordering onder II niet honoreert, hij aanvullend (meer subsidiair) vordert te bepalen dat de woning wordt getaxeerd door een onafhankelijke taxateur (niet zijnde [makelaar] ), waarna de man een termijn van drie maanden krijgt om de woning over te nemen voor de alsdan getaxeerde waarde, waarbij de helft van de overwaarde (waarbij de waarde van het spaardepot toekomt aan de man) toekomt aan de vrouw en waarbij de vrouw moet worden ontslagen uit de hoofdelijke aansprakelijkheid en te bepalen dat de overwaarde van de woning in depot bij de notaris blijft staan totdat in een bodemprocedure is beslist over de vorderingen van partijen of totdat partijen overeenstemming hebben bereikt.
6.Beoordeling in hoger beroep
Rechtsmacht
(…) 6.3. bepaalt dat dit vonnis in de plaats treedt van de noodzakelijke toestemming en/of wilsverklaring en/of handtekening van de man in de opdracht tot verkoop aan de makelaar, in de koopovereenkomst en in de akte van levering,’