In deze zaak, die voor het Gerechtshof Den Haag is behandeld, gaat het om een hoger beroep van Dexia Nederland B.V. tegen een eerdere uitspraak van de kantonrechter. De zaak betreft effectenleaseovereenkomsten die zijn aangegaan tussen Dexia en de geïntimeerde, waarbij Spaar Select als tussenpersoon heeft opgetreden. De centrale vraag is of Dexia onrechtmatig heeft gehandeld door de overeenkomsten aan te gaan, terwijl Spaar Select geen vergunning had om als financieel adviseur op te treden. De geïntimeerde stelt dat Dexia op de hoogte was van deze situatie en daarom aansprakelijk is voor de geleden schade. Het hof oordeelt dat Dexia inderdaad wist of had moeten weten dat Spaar Select advies gaf, en dat dit advies vergunningplichtig was. Het hof bevestigt dat de schade van de geïntimeerde volledig door Dexia moet worden vergoed, inclusief wettelijke rente. De proceskosten worden ook aan Dexia opgelegd, aangezien zij als in het ongelijk gestelde partij wordt beschouwd. Het arrest is gewezen op 26 november 2024.