Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.de rechtspersoon naar het recht van Suriname Cervus Vastgoed N.V.,
[appellant],
2.BRQ2 Vastgoed B.V.,
1.de rechtspersoon naar het recht van Suriname Cervus Vastgoed N.V.,
[appellant],
1.[geïntimeerde 1] ,
[geïntimeerde 2],
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
3.Feitelijke achtergrond
4.Procedure bij de rechtbank
5.Vordering in hoger beroep
6.Beoordeling in hoger beroep
7.Beslissing
- bekrachtigt het tussen partijen gewezen vonnis in incident van de rechtbank Rotterdam van 23 februari 2022;
- vernietigt het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 14 september 2022, voor zover daarbij [appellant] is veroordeeld medewerking te verlenen aan de levering aan BRQ2 van de appartementsrechten en in de proceskosten aan de zijde van BRQ2 in eerste aanleg en bekrachtigt dat vonnis voor het overige;
- veroordeelt BRQ2 in de kosten van het geding in beide instanties van [appellant] en begroot deze op nihil;
- wijst af het anders of meer gevorderde
- bekrachtigt het tussen partijen gewezen vonnis van de rechtbank Rotterdam van 14 september 2022;
- veroordeelt Cervus en [appellant] in de kosten van het geding in hoger beroep, aan de zijde van [geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2] tot op heden begroot op € 343,-- aan verschotten en
- veroordeelt Cervus en [appellant] in de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de proceskosten als deze niet binnen veertien dagen na het verschuldigd worden daarvan zijn voldaan;
- verklaart deze proceskostenveroordeling in vrijwaring uitvoerbaar bij voorraad.