[verweerder] heeft een uiteenzetting gegeven van de wijze waarop Spaar Select in zijn geval heeft bemiddeld bij de totstandkoming van de overeenkomst onder “A. Feiten in deze zaak” van de inleidende dagvaarding. De stellingen van [verweerder] komen, samengevat, op het volgende neer.
[verweerder] werd door Spaar Select telefonisch benaderd. De medewerker van Spaar Select stelde voor een afspraak te maken voor een huisbezoek om de financiële situatie van [verweerder] door te nemen met een financieel adviseur van Spaar Select. [verweerder] heeft hiermee ingestemd. De adviseur is verschillende keren op huisbezoek geweest bij [verweerder]. De echtgenote van [verweerder] was aanwezig tijdens de gesprekken. Tijdens het eerste gesprek heeft de adviseur van Spaar Select, de heer [adviseur], geïnformeerd naar de wensen en de financiële situatie van [verweerder]. Met de adviseur is gesproken over het feit dat [verweerder] een spaarhypotheek van NLG 75.000,00 en een spaarplan had waardoor [verweerder] verzekerd was bij overlijden. [verweerder] heeft de adviseur ook laten weten dat hij drie kinderen had. [verweerder] heeft met de adviseur besproken dat hij de wens had vermogen op te bouwen voor de studie van zijn kinderen en dat hij geen hogere lasten wilde. De adviseur gaf aan dat het mogelijk was vermogen op te bouwen voor de studie van zijn kinderen en adviseerde [verweerder] een aandelenleaseproduct van Bank Labouchere aan te schaffen. Volgens de adviseur zou [verweerder] op deze wijze aanzienlijk vermogen opbouwen, omdat werd belegd met stabiele en rendabele fondsen. Na het huisbezoek heeft de adviseur zijn visitekaartje bij [verweerder] achtergelaten. Tijdens een huisbezoek had de adviseur een Persoonlijk Financieel Plan bij zich waarin de adviseur op basis van de persoonlijke situatie van [verweerder] een gedetailleerd financieel beleggingsadvies had uitgewerkt. In het plan heeft de adviseur allereerst de toenmalige financiële situatie en de doelstellingen van [verweerder] en zijn echtgenote beschreven. De adviseur bracht naar voren dat [verweerder] overwaarde op zijn woning had van NLG 155.000,00 en dat het zonde was dat [verweerder] deze overwaarde niet benutte. De adviseur adviseerde [verweerder] de overwaarde op zijn woning op te nemen middels het oversluiten van zijn huidige hypotheek en een nieuwe hypothecaire lening aan te gaan. Deze nieuwe hypothecaire lening kon worden aangewend voor de vooruitbetaling in een aandelenleaseproduct van Bank Labouchere. De adviseur adviseerde een nieuwe hypotheek via een lening bij de Postbank te sluiten van ruim € 104.000,00. De adviseur adviseerde [verweerder] vervolgens een bedrag van ruim € 48.000,00 aan te wenden voor de vooruitbetaling van de aandelenlease waarmee [verweerder] vermogen kon opbouwen voor de studie van zijn kinderen. De adviseur gaf in het financieel plan aan dat bij het oversluiten van de huidige hypotheek door [verweerder] het spaarplan kwam te vervallen. Het gevolg hiervan was dat [verweerder] NLG 13.800,00 uitgekeerd zou krijgen. De adviseur gaf in het financieel plan het advies om van deze uitkering NLG 13.000,00 te gebruiken voor een storting in een depot waarmee een nieuw spaarplan kon worden afgesloten. Dit nieuwe spaarplan zou ervoor zorgen dat [verweerder] voor NLG 75.000,00 verzekerd was en na twintig jaar zou [verweerder] een bedrag van NLG 131.000,00 uitgekeerd krijgen. In het financieel plan werd door de adviseur naar voren gebracht dat de bruto maandlasten door het oversluiten van de huidige hypotheek van [verweerder] zouden toenemen met NLG 548,00. De adviseur adviseerde in het financieel plan om NLG 40.000,00 in het Euro Aandelenfonds bij Kempen & Co te storten. De adviseur gaf aan dat iedere maand NLG 650,00 aan rendement vanuit het depot op de spaarrekening van [verweerder] zou worden gestort. Op deze manier zouden de maandlasten van [verweerder] uiteindelijk NLG 100,00 lager zijn dan in zijn oude situatie. In het financieel plan bracht de adviseur naar voren dat het te verwachten rendement van het Overwaarde Effect product met een vooruitbetaling van NLG 45.600,00 na vijf jaar NLG 92.450,00 zou bedragen. De adviseur gaf in het financieel plan tevens aan dat het te verwachten rendement van het Overwaarde Effect product met een vooruitbetaling van NLG 55.200,00 na vijf jaar NLG 95.600,00 zou bedragen. Het uit te keren dividend van 2% per jaar van de Overwaarde Effect overeenkomsten zou na vijf jaar NLG 12.650,00 bedragen en dit bedrag zou worden gestort op de privérekening. Na vijf jaar zou het te verwachten rendement van de twee Overwaarde Effect overeenkomsten in totaal NLG 212.700,00 bedragen. Dit persoonlijk financieel plan hield geenszins rekening met tegenvallende koersontwikkelingen. In het financieel plan gaf de adviseur in juni 2001 het advies aan [verweerder] om twee Overwaarde Effect overeenkomsten met vooruitbetalingen van respectievelijk NLG 45.600,00 en NLG 55.200,00 te sluiten. In werkelijkheid heeft [verweerder] op advies van de adviseur een Security Plus Effect overeenkomst gesloten in mei 2002 met een vooruitbetaling van ruim € 18.000,00 (wat omgerekend naar guldens dezelfde inleg betreft). [verweerder] was er niet van de op de hoogte dat hij een ander product heeft aangeschaft dan in het financieel plan werd geadviseerd. Er zit een langere periode tussen het ontvangen van het financieel plan en het daadwerkelijk sluiten van de Security Plus Effect overeenkomst bij Bank Labouchere. De verklaring van [verweerder] hiervoor is dat het plan om een effectenleaseovereenkomst bij Bank Labouchere op zijn initiatief tijdelijk is stopgezet vanwege de aanslagen in Amerika op 11 september 2001. Door de aanslagen in Amerika was het niet het geschikte moment om een effectenleaseovereenkomst af te sluiten bij Bank Labouchere vanwege de onzekerheid
wat betreft de ontwikkelingen op de beurs. Toen de stabiliteit op de financiële markten
enigszins was teruggekeerd nam de adviseur weer contact op met [verweerder] om een
effectenleaseovereenkomst te sluiten bij Bank Labouchere. De adviseur adviseerde [verweerder] om een Security Plus Effect product bij Bank Labouchere aan te schaffen. De adviseur gaf aan dat Van Paasen op deze wijze een aanzienlijk vermogen kon opbouwen voor de studie van zijn kinderen. De adviseur adviseerde [verweerder] de overwaarde op zijn woning op te nemen middels het oversluiten van zijn huidige hypotheek en een nieuwe hypothecaire lening aan te gaan. Deze nieuwe hypothecaire lening kon worden aangewend voor de vooruitbetaling in Security Plus Effect product van Bank Labouchere. De adviseur bracht naar voren dat het te verwachte rendement van het Security Plus Effect product goed was. Hoeveel vermogen [verweerder] met dit product en met de vooruitbetaling van NLG 48.000,00 zou gaan opbouwen liet de adviseur zien aan de hand van een rekenvoorbeeld. [verweerder] had geen ervaring met beleggen of kennis van complexe financiële producten en heeft het advies van de adviseur opgevolgd. De aanvraag voor het Security Plus Effect product is door de adviseur in gang gezet. Het aanvraagformulier is door de adviseur tijdens een huisbezoek ingevuld en naar de bank gestuurd. [verweerder] heeft de overeenkomst getekend tijdens een huisbezoek. De adviseur heeft geregeld dat bij de Goudse Levensverzekeringen N.V. een nieuwe hypotheek ter hoogte van ruim € 104.000,00 werd gesloten. Dit is vastgelegd in de hypotheekstukken.
[verweerder] heeft ter onderbouwing verwezen naar een visitekaartje dat door de adviseur na een huisbezoek bij [verweerder] is achtergelaten, een op zijn financiële situatie toegesneden en volgens hem tijdens de besprekingen door de adviseur getoond Persoonlijk Financieel Plan, een rekenvoorbeeld en hypotheekstukken (producties B tot en met D bij inleidende dagvaarding).