Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.Zilveren Kruis Zorgverzekeringen N.V.,
Interpolis Zorgverzekeringen N.V.,
De Friesland Zorgverzekeraar N.V.,
FBTO Zorgverzekeringen N.V.,
Achmea Zorgverzekeringen N.V.,
One Underwriting B.V.,
1.Stichting Star-SHL,
Stichting IJsselland Ziekenhuis,
Stichting Protestants Christelijk Ziekenhuis Ikazia,
Stichting Het Van Weel-Bethesda Ziekenhuis,
Stichting Maasstad Ziekenhuis,
Stichting Sint Franciscus Vlietland Groep,
Spijkenisse Medisch Centrum B.V.,
Stichting Reinier de Graaf Groep,
Stichting Certe Medische Diagnostiek en Advies,
1.Stichting Ziekenhuis Gelderse Vallei,
Stichting Diagnovum,
Coöperatie ELD Midden Nederland U.A.,
Stichting Noordwest Ziekenhuisgroep,
Stichting Labdiagonaal,
Stichting Treant Zorggroep,
Stichting Ziekenhuis “Nij Smellinghe”,
Admiraal De Ruyter Ziekenhuis B.V.,
- verweersters in principaal hoger beroep respectievelijk Star-SHL, IJZ, Ikazia, vWBZ, MZ, SFV, SMC (tot hier tezamen Rijnmond Lab), RdG en Certe, en alle verweersters in principaal hoger beroep tezamen Rijnmond Lab c.s.;
- gevoegde partijen aan de zijde van Rijnmond Lab c.s. tezamen ZGV c.s.
1.De zaak in het kort
(i) de Overheidsbijdrage in de arbeidskostenontwikkeling (hierna: de OVA); en
(ii) de prijsindices voor materieel en kapitaal;
in beide gevallen:
[a] op grond van de septemberramingen in zogeheten Factsheets macrokader MSZ; en
[b] met verdiscontering van de nacalculatie.
2.Procesverloop in hoger beroep
- de memorie van antwoord, tevens grieven in incidenteel hoger beroep van Rijnmond Lab c.s., met bijlagen;
- de memorie van antwoord in incidenteel hoger beroep van Zilveren Kruis c.s., met bijlagen;
- de akte met bijlage 15 van Zilveren Kruis c.s.;
- de aktes met bijlagen 78 tot en met 82 en 83 tot en met 84 van Rijnmond Lab c.s.;
- de schriftelijke uitwerking van de mondelinge uitspraak van 11 maart 2024 waarbij het hof ZGV c.s. heeft toegelaten als gevoegde partijen aan de zijde van Rijnmond Lab c.s.
3.Feiten
Partijen
- Het CEP dat in maart van het jaar t uitkomt wordt aangeduid met het jaartal t en bevat (i) de economische vooruitzichten voor het lopende jaar t en (ii) eerste voorspellingen voor het daarop volgende jaar t+1. Dat CEP t bevat ook:
(i) de door nacalculatie definitief vastgestelde OVA en prijsindices materieel en kapitaal voor het lopende jaar t; en
(ii) een
eerstevoorcalculatie van de OVA en de overige prijsindices voor het daarop volgende jaar t+1.
- De MEV die op Prinsjesdag van het jaar t uitkomen worden aangeduid met het jaartal t+1 en geven de te verwachten economische ontwikkelingen weer voor dat daarop volgende jaar t+1. Die MEV t+1 bevatten ook een
tweedevoorcalculatie van de OVA en de overige prijsindices voor het op die Prinsjesdag volgende jaar t+1.
tweedevoorcalculatie van de OVA en de overige prijsindices in (het concept van het CPB voor) de MEV, die samen met die macrokaders Zvw uitkomen.
tweedevoorcalculatie van de OVA en de overige prijsindices t in de MEV t van Prinsjesdag t-1. In maart t publiceert het CPB vervolgens in het CEP t de nacalculatie van de OVA en overige prijsindices t, hetgeen een verschil kan opleveren ten opzichte van die
tweedevoorcalculatie in de MEV t (hierna: de nacalculatiecorrectie).
(i) de
tweedevoorcalculatie van de OVA en overige prijsindices t in de MEV t (Prinsjesdag t-1); en
(ii) het verschil tussen:
[a] de nacalculatie van de OVA en overige prijsindices t-1 in het CEP t-1 (maart t-1); en
[b] de
tweedevoorcalculatie van de OVA en overige prijsindices t-1 in de MEV t-1 (Prinsjesdag t-2).
(i) de
eerstevoorcalculatie van de OVA en overige prijsindices t in het CEP t-1 (maart t-1); en
(ii) het verschil tussen:
[a] de nacalculatie van de OVA en overige prijsindices t-1 in datzelfde CEP t-1 (maart t-1); en
[b] de
eerstevoorcalculatie van de OVA en overige prijsindices t-1 in het CEP t-2 (maart t-2).
(i) de nacalculatie van de OVA t-1 en de overige prijsindices t-1 uit het CEP t-1 van maart t-1; en
(ii) de
tweedevoorcalculatie van de OVA t en de overige indices t op grond van de MEV t van Prinsjesdag t-1.
tweedevoorcalculatie in de MEV 2023 (Prinsjesdag 2022, 4,74%) in plaats van op grond van de
eerstevoorcalculatie in het CEP 2022 (maart 2022, 3,72%).
portalgeïndexeerd met 7,39%. Deze indexering was de som van:
(i) de
tweedevoorcalculatie van de gewogen gemiddelde prijsindex voor 2023 uit de Factsheet macrokader MSZ 2023, op basis van de MEV 2023 van Prinsjesdag 2022 (5,54%); en
(ii) het verschil tussen:
[a] de nacalculatie van de gewogen gemiddelde prijsindex voor 2022 uit diezelfde factsheet macrokader MSZ 2023, op basis van het CEP 2022 van maart 2022 (5,12%); en
[b] de
tweedevoorcalculatie van diezelfde gewogen gemiddelde prijsindex voor 2022, op basis van de MEV 2022 van Prinsjesdag 2021 (3,27%; 5,12% - 3,27% = 1,85%).
(i) het in strijd met het Integraal Zorgakkoord van september 2022 (hierna: het IZA) niet in de referentietarieven voor 2024 en 2025 doorberekenen van de OVA; en
(ii) het in strijd met de redelijkheid en billijkheid niet indexeren van de referentietarieven in 2024 en 2025.
4.Procedure voor de voorzieningenrechter
(i) volledige doorberekening van de OVA overeenkomstig het IZA in de referentietarieven die Zilveren Kruis c.s. voor 2024 en 2025 ten aanzien van Rijnmond Lab hanteert op grond van de ELD-overeenkomst (hierna: de OVA-vordering); en
(ii) indexering van diezelfde referentietarieven voor wat de overige kosten betreft met:
- minimaal 5,4% voor 2024 ten opzichte van 2023; en
- het NZa prijsindexcijfer materiële kosten voor 2025 ten opzichte van 2024
(hierna: de overige indexeringsvordering). [8]
- Partijen zijn in zekere mate wederzijds van elkaar afhankelijk en moeten zich jegens elkaar gedragen naar redelijkheid en billijkheid en voldoende rekening houden met elkaars gerechtvaardigde belangen.
- Zilveren Kruis is aan het IZA gebonden op het punt van de doorberekening van de OVA. Dat punt is afdwingbaar en niet in strijd met het mededingingsrecht.
- Wat betreft de overige indexeringsvordering is Zilveren Kruis c.s. niet verplicht iedere kostenstijging vooraf volledig te compenseren en steeds zorg te dragen voor een voor iedere potentiële aanbieder kostendekkend tarief. Van haar mag wel worden verwacht dat zij een reëel tarief hanteert dat een redelijk efficiënte zorgverlener in staat stelt de werkzaamheden op kwalitatief voldoende niveau te verrichten, maar daar kan zij aan voldoen door alsnog de OVA in haar referentietarief te verdisconteren.
5.Vorderingen in hoger beroep
- de toewijzing van de OVA-vordering ten aanzien van One Underwriting;
- de toewijzing van diezelfde vordering voor zover ingesteld door Ikazia, RdG en Certe;
- het feit dat Zilveren Kruis de OVA 2024 en 2025 in feite al in haar referentietarieven had doorberekend met een hoge indexering die zij in 2023 heeft toegepast.
- voor 2024 te indexeren met 3,37% ten opzichte van 2023; en
- voor 2025 te indexeren met een indexcijfer dat bestaat uit het prijsindexcijfer personele kosten uit de Factsheet macrokader MSZ 2025 tegen een weging van 60%;
in beide gevallen (i) uitgaande van de septemberraming uit de Factsheets macrokader MSZ 2024 respectievelijk 2025 en (ii) met verdiscontering van de nacalculatie;
- voor 2024 te indexeren met 2,16% ten opzichte van 2023; en
- voor 2025 ten opzichte van 2024 te indexeren met de prijsindices materiële kosten (weging 30%) en kapitaallasten (weging 10%) uit de Factsheet macrokader MSZ 2025;
in beide gevallen (i) uitgaande van de septemberraming uit de Factsheet macrokader MSZ 2024 respectievelijk 2025 en (ii) met verdiscontering van de nacalculatie;
2. Subsidiair:de referentietarieven Selectieve Inkoop ELD 2024-2055 voor wat betreft de overige kosten:
-voor 2024 ten opzichte van 2023 te indexeren met de prijsindices materiële kosten (weging 30%) en kapitaallasten (10%) uit de Factsheet macrokader MSZ 2024, hetgeen voorlopig neerkomt op een indexering van 1,45%;
- voor 2025 ten opzichte van 2024 te indexeren met de prijsindices materiële kosten (weging 30%) en kapitaallasten (weging 10%) uit de Factsheet macrokader MSZ 2025;
in beide gevallen (i) uitgaande van de septemberraming uit de Factsheet macrokader MSZ 2024 respectievelijk 2025 en (ii) met verdiscontering van de nacalculatie;
3. Meer subsidiair:de volgende tekst in de respectieve overeenkomsten ELD 2024-2025 met Rijnmond Lab c.s. vast te leggen:
“
Zilveren Kruis besluit uiterlijk op 1 oktober 2024 of Zilveren Kruis de referentietarieven voor kalenderjaar 2025 indexeert voor wat betreft overige kosten. Zilveren Kruis indexeert de referentietarieven voor 2025 op het moment dat het prijsindexcijfer materiële kosten en kapitaallasten 2025 uit de Factsheet MSZ 2025 (septemberraming) meer dan 1,5% bedraagt. De indexatie die ZK toekent, bestaat uit de prijsindex materiële kosten uit de Factsheet MSZ 2025 minus 1,5% tegen een weging van 30% en uit de prijsindex kapitaallasten uit de Factsheet MSZ 2025 minus 1,5% tegen een weging van 10%, waarbij Zilveren Kruis de toegekende indexatie corrigeert in de referentietarieven voor 2026 door middel van een nacalculatie aan de hand van de definitieve prijsindices materiële kosten en kapitaallasten uit de Factsheet MSZ 2025.”;
6.Beoordeling in hoger beroep
Kern van de zaak
Grossmann-rechtspraak uit het aanbestedingsrecht, die als doel heeft om te bewerkstelligen dat bezwaren tegen de opzet van een aanbestedingsprocedure proactief en tijdig worden geuit, zodat zij ook tijdig kunnen worden geadresseerd. [11] Die regeling dient daarmee een redelijk belang en gaat daarbij niet verder dan nodig bij het beperken van het recht op toegang tot de rechter.
- Goed werkgeverschap en arbeidsmarktvraagstukken vragen om adequate/marktconforme loonontwikkeling voor personeel in de zorg.
- Zorgaanbieders moeten die loonontwikkeling kunnen betalen.
- De OVA is daarvoor leidend.
- Het ministerie van VWS indexeert de macrokaders Zvw jaarlijks met de OVA op basis van ramingen van het CPB.
- Om werkgevers in staat te stellen marktconforme arbeidsvoorwaardenontwikkeling binnen cao's af te spreken, spreken partijen af dat zorgverzekeraars die OVA volledig doorvertalen in de prijzen en contracten.
- Generieke doelmatigheidskortingen op deze middelen zijn daarbij niet aan de orde.
partijen[spreken, hof]
af dat zorgverzekeraars de OVA volledig – en zonder korting – doorvertalen in de prijzen en contracten”“in isolatie gezien strijdig is met het kartelrecht”. De woorden “in isolatie gezien” relativeren dat oordeel al en Zilveren Kruis c.s. verzuimt te vermelden dat deze volzin in het betrokken consultatieconcept werd gevolgd door het oordeel dat de betrokken zinsnede in combinatie met de daaropvolgende volzinnen uit het IZA voldoende mogelijkheden bieden om in de praktijk aan de afspraak feitelijke invulling te geven op een manier die verenigbaar is met de mededingingsregels.
(i) het verzoek van de minister van VWS van 20 september 2022 aan de NZa om, met het oog op sterke prijsstijgingen, alle tarieven en budgetten 2023 opnieuw te berekenen op grond van de MEV 2023 uit diezelfde maand, teneinde een grote nacalculatiecorrectie te voorkomen; en
(ii) de meteen daarop volgende mededeling van de NZa dat zij erop vertrouwde dat de zorgverzekeraars hetzelfde zouden doen in het vrije segment.
Bij geen van deze mededelingen is bericht dat de betrokken herberekeningen beperkt moesten blijven tot het personeelskostencomponent en daarmee tot de OVA.
(i) de
tweedevoorcalculatie van de gewogen gemiddelde prijsindex voor 2023 in de Factsheet macrokaders MSZ 2023, op basis van de MEV 2023 van Prinsjesdag 2022; en
(ii) de nacalculatiecorrectie van diezelfde gewogen gemiddelde prijsindex voor 2022, dat wil zeggen het verschil tussen de nacalculatie in het CEP 2022 van maart 2022 en de
tweedevoorcalculatie in de MEV 2022 van Prinsjesdag 2021 (zie hiervoor onder 3.18).
Deze optelsom stemt overeen met de hiervoor beschreven manier van indexeren waarbij met een nacalculatiecorrectie wordt gewerkt die niet in het lopende jaar, maar pas in het daarop volgende jaar wordt verwerkt.
eerstevoorcalculatie uit het CEP t-1 of [b] de
tweedevoorcalculatie uit de MEV t en (ii) het verdisconteren van nacalculatie.
eerstevoorcalculatie in het CEP t-1, zoals de NZa dat ook doet bij het vaststellen van haar maximumtarieven.
tweedevoorcalculatie in de MEV t van Prinsjesdag t-1, en niet op de
eerstevoorcalculatie in het CEP van maart t-1.
tweedevoorcalculatie van de gewogen gemiddelde prijsindex uit de MEV 2023 van Prinsjesdag 2022 en de nacalculatiecorrectie uit het CEP 2022 van maart 2022 ten opzichte van de
tweedevoorcalculatie in de MEV 2022 van Prinsjesdag 2021.
tweedevoorcalculatie in de MEV 2024 van Prinsjesdag 2023 worden gebruikt, met daarbij opgeteld de nacalculatiecorrectie OVA 2023. Omdat Zilveren Kruis zich voor de indexering 2023 in oktober 2022 heeft gebaseerd op de prijsontwikkelingsindices uit de MEV 2023 van Prinsjesdag 2022, moet voor de nacalculatiecorrectie OVA 2023 de nacalculatie van die OVA 2023 in het CEP 2023 worden vergeleken met de
tweedevoorcalculatie in die MEV 2023:
OVA
Nacalculatie CEP 2023 6,36%
Voorcalculatie MEV 2023 - 4,74%Nacalculatiecorrectie 2023 1,62%
Voorcalculatie MEV 2024 + 5,62%Ongewogen indexering 2024 7,24%
Weging x 60,00%Gewogen indexering 2024 4,34%.
Binnen die berekening bedraagt de gewogen indexering op basis van alleen de MEV 2024 zonder nacalculatiecorrectie (5,62% x 60% =) 3,37%, zoals gevorderd.
tweedevoorcalculatie in de MEV 2025 van Prinsjesdag 2024 worden gebruikt, met daarbij opgeteld de nacalculatiecorrectie OVA 2024 ten opzichte van de
tweedevoorcalculatie in de MEV 2024 van Prinsjesdag 2023:
OVA
Nacalculatie CEP 2024 6,00%
Voorcalculatie MEV 2024 - 5,62%Nacalculatiecorrectie 2024 0,38%
Voorcalculatie MEV 2025 + […]%Ongewogen indexering 2025 […]%
Weging x 60,00%Gewogen indexering 2025 […]%.
(i) een tabel met de prijsontwikkeling voor het lopende jaar, met als toevoeging ten opzichte van eerdere versies een kolom “nacalculatie” op basis van het CEP van maart van het lopende jaar, na kolommen waarin die indexering is geschat op grond van het CEP van maart van het voorgaande jaar en de MEV van Prinsjesdag van dat voorgaande jaar; en
(ii) een tabel met de verwachte prijsontwikkeling in het volgende jaar, gebaseerd op het CEP van maart van het lopende jaar en de MEV van Prinsjesdag van het lopende jaar.
Materieel Kapitaal Totaal
Nacalculatie CEP 2023 9,99% 4,40%
Voorcalculatie MEV 2023 - 7,79% - 3,60%Nacalculatiecorrectie 2023 2,20% 0,80%
MEV 2024 + 3,91% + 2,80%Ongewogen indexering 2024 6,91% 3,60%
Weging x 30,00% x 10,00%Gewogen indexering 2024 1,83% 0,36% 2,19%
eerstevoorcalculatie van de prijsindices 2025.
Materieel Kapitaal Totaal
Nacalculatie CEP 2024 3,10% 2,90%
Voorcalculatie MEV 2024 - 3,91% - 2,80%Nacalculatiecorrectie 2024 - 0,81% 0,10%
MEV 2025 + […]% + […]%Ongewogen indexering 2025 […]% […]%
Weging x 30,00% x 10,00%Gewogen correctie 2024 - […]% […]% […]%
portalvan Zilveren Kruis (zie hiervoor onder 3.18), zal het hof die tijdspanne vaststellen op één maand na betekening van dit arrest.
7.Beslissing
- 4,34% in 2024 ten opzichte van haar referentietarieven 2023;
- het resultaat van de berekening hiervoor onder 6.48 in 2025 ten opzichte van haar referentietarieven 2024;
- 2,19% in 2024 ten opzichte van haar referentietarieven 2023;
- het resultaat van de berekening hiervoor onder 6.75 in 2025 ten opzichte van haar referentietarieven 2024;
- veroordeelt Zilveren Kruis c.s. hoofdelijk in de kosten van het incident, aan de zijde van ZGV c.s. tot vandaag vastgesteld op € 1.214,- aan salaris van de advocaat en na vandaag begroot op € 178,- aan nasalaris, te vermeerderen met € 92,- indien Zilveren Kruis c.s. niet binnen veertien dagen na aanschrijving in der minne aan dit arrest heeft voldaan en ZGV c.s. haar dit arrest heeft moeten laten betekenen;
- veroordeelt Zilveren Kruis hoofdelijk in de kosten van het hoger beroep van Star-SHL, IJZ, vWBZ, MZ, SFV, SMC en Certe en ZGV c.s.:
- veroordeelt Rijnmond Lab c.s. in de kosten van het hoger beroep van One Underwriting, aan de zijde van One Underwriting vastgesteld en begroot op nihil;
- veroordeelt Ikazia en RdG in de kosten van het hoger beroep van Zilveren Kruis c.s., aan de zijde van Zilveren Kruis c.s. vastgesteld en begroot op nihil;
- bepaalt dat de hiervoor uitgesproken proceskostenveroordelingen worden vermeerderd met de wettelijk rente vanaf vijftien dagen na vandaag, respectievelijk, wat de bedragen van € 92,- betreft, na betekening;
- verklaart dit arrest uitvoerbaar bij voorraad;
- wijst af het meer of anders gevorderde.