Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.De zaak en de beschikking in het kort
2.Het geding in hoger beroep
- een journaalbericht van 9 mei 2023 met bijlagen, ingekomen op diezelfde datum;
- een journaalbericht van 10 mei 2023 met bijlage, ingekomen op diezelfde datum;
- de moeder, bijgestaan door haar advocaat;
- de vader, bijgestaan door zijn advocaat;
- de bijzondere curator;
- de raad, vertegenwoordigd door mevrouw [vertegenwoordiger raad] .
3.De feiten
- [minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum] 2019 in [geboorteplaats] ;
- [minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum] 2022 in [geboorteplaats] , België;
- [minderjarige 1] wordt ingeschreven op het adres van de vader als hebbende aldaar het hoofdverblijf en verblijft secundair bij de moeder in de onpare weken van zaterdag 10.00 uur tot zondag 18.00 uur;
- aan de vader wordt een persoonlijk contact met [minderjarige 2] toegekend zowel in de pare als in de onpare weken van maandag tot en met zondag, behoudens in de weekenden van de onpare weken van zaterdag 10.00 uur tot zondag 18.00 uur, wanneer [minderjarige 2] bij de moeder zal verblijven.
4.De omvang van het geschil
- wijziging van de schorsingsvoorwaarden zoals bepaald door de officier van justitie te Amsterdam (parketnummer: [parketnummer] / DIASnummer: [DIASnummer] ) op die wijze dat het de moeder wordt toegestaan tussen België en Nederland heen en weer te reizen;
- de toezegging van het Belgische Openbaar Ministerie dat de moeder bij terugkeer naar België in het kader van de teruggeleiding niet in voorlopige hechtenis wordt genomen in de zaak met nummer [nummer] , althans deze voorlopige hechtenis te schorsen;
5.De motivering van de beslissing
safe returnde in rechtsoverweging 4.1 genoemde voorwaarden verbonden aan de teruggeleiding van de kinderen, omdat – kort gezegd – de kinderen nog jong zijn, de vader lang afwezig is geweest in hun leven ( [minderjarige 2] heeft niet eerder bij de vader verbleven) en het van groot belang is dat de moeder met de kinderen mee kan naar België om hen terug te geleiden en bij de kinderen kan zijn op de door de Belgische rechter vastgestelde omgangsmomenten. Verder acht de rechtbank het van belang dat de moeder vrij moet kunnen reizen naar België (voor het bijwonen van de zitting in de Belgische procedure) en zolang de moeder geen woonruimte heeft in België zij ook weer terug kan keren naar haar verblijfplaats in Nederland.
6.De beslissing
- [minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum] 2019 in [geboorteplaats] ;
- [minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum] 2022 in [geboorteplaats] , België;