5.2Muziekuitvoeringen
(…)
Dance-parties zijn evenementen waarbij diskjockeys en/of live-muzikanten optreden. Deze parties zijn als muziekuitvoeringen in de zin van de post te beschouwen.
13. Zowel punt 7 van bijlage III bij de Btw-richtlijn als post b.14.d zien op het verlenen van toegang tot uitvoeringen door artiesten dan wel gezelschappen. Het gaat er daarbij om dat bezoekers de toegangsprijs betalen om een bepaalde artiest of een bepaald gezelschap te zien optreden. Dit heeft naar het oordeel van de rechtbank ook te gelden voor de danceparty’s die in de Toelichting worden beschouwd als muziekuitvoeringen. Dat betekent dat de feesten die eiseres organiseert alleen gelijk kunnen worden gesteld met dergelijke danceparty’s indien de bezoekers de toegangsprijs betalen om het optreden van een specifieke dj of dj’s te ervaren. Aangezien het verlaagde tarief een uitzondering is op de hoofdregel, dient eiseres dat aannemelijk te maken.
14. De enkele stelling dat de bezoekers van de feesten liefhebbers zijn van housemuziek en dat wanneer eiseres zou kiezen voor een andere muziekstijl zij een andere clientèle zou hebben, is daarvoor onvoldoende. Eiseres heeft geen stukken overgelegd waaruit blijkt dat de bezoekers primair komen voor de optredende dj’s. De rechtbank acht op zichzelf ook niet aannemelijk dat iemand die een bepaalde dj wil zien optreden bereid zal zijn zich daarvoor te onderwerpen aan de voorwaarden die eiseres stelt aan deelname aan haar feesten. Gesteld noch gebleken is dat de door eiseres ingehuurde dj’s slechts via dit soort besloten feesten kunnen worden gezien. Gezien de kledingvoorschriften, het toegangsbeleid en de tekst op de website van eiseres zijn de feesten van eiseres veeleer gericht op het in een sfeervolle ambiance in contact komen met gelijkgezinde andere koppels en/of individuele vrouwen en het kunnen onderzoeken of men met elkaar verdere avonturen zou kunnen en willen beleven. De optredens van de dj’s en de dansers dienen slechts ter bevordering van de aangename en feestelijk sfeer en zijn aldus van bijkomende aard. Zij zijn niet de reden voor de bezoekers om de toegangsprijs te betalen. Uit het voorgaande volgt dat eiseres niet aannemelijk heeft gemaakt dat de door haar georganiseerde feesten moeten worden aangemerkt als muziekvoorstelling in de zin van post b.14.d.
15. Eiseres heeft voor haar enkele stelling dat haar feesten kunnen worden aangemerkt als een show als bedoeld in punt 7 van bijlage III bij de Btw-richtlijn en de Toelichting geen nadere feiten of omstandigheden aangedragen noch die stelling onderbouwd met bewijsstukken. Dat er ook dansers optreden is daarvoor onvoldoende, dat gebeurt immers ook in reguliere discotheken en clubs. Ook op dit punt slaagt zij dus niet in de op haar rustende bewijslast.
16. De conclusie is dat eiseres niet aannemelijk heeft gemaakt dat het verlaagde tarief op de door haar georganiseerde feesten van toepassing is.
17. Tegen de in rekening gebrachte belastingrente zijn geen afzonderlijke gronden ingediend. Dat in strijd met enige regel van geschreven of ongeschreven recht rente in rekening is gebracht, is gesteld noch gebleken.
18. Gelet op wat hiervoor is overwogen, dienen de beroepen ongegrond te worden verklaard.
19. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
[2] Tweede Kamer 1995-1996, 24 428, nr. 3”