Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
arrest van 29 maart 2022
Berley International B.V.,
Waar de zaak over gaat
De processtappen
De feiten
(…)
De vordering van [appellant] en de beslissing van de rechtbank
De grieven en de vordering in hoger beroep
Beoordeling van het hoger beroep
Ik ben op dit moment geen bestuurder of aandeelhouder van Berley meer; op 28 november 2017 heb ik […] Consultancy overgedragen aan Kazanol BV.
Na de overname van Berley door mijn dochter gaf ik haar adviezen; dit kostte mij ongeveer 1 à 2 uur per week. Het is niet zo dat ik deze werkzaamheden voor Berley verrichtte. Dit waren bijvoorbeeld adviezen over hoe ze met een nieuwe klant moest omgaan. (…) Ik deed ook geen inboekingen of aangiftes. Bij nader inzien sommige aangiftes wel in beperkte mate, maar geen inboekingen en niet voor Berley.
Ik ben in dienst bij Berley International B.V. Ik ben daar acht à tien jaar geleden begonnen (…).
Ik ben in dienst van Berley International B.V. sinds 1 januari 2014. Ik doe daar de loonadministratie van Berley International.
Beslissing
- vernietigt het tussen partijen gewezen vonnis van de rechtbank Rotterdam van 17 juli 2019, voor zover het de hoofdzaak betreft;
- bekrachtigt dit vonnis, voor zover in het incident gewezen;
€ 1.524,40(€ 86,40 explootkosten, € 324,- griffierecht en € 1.114,- (1 punt, tarief II) salaris voor de advocaat) en in de kosten van het geding in eerste aanleg, aan de zijde van [appellant] begroot op in totaal
€ 2.561,13(€ 101,13 explootkosten, € 288,- griffierecht en € 2.172,- (4 punten, tarief II à € 543,-) salaris voor de advocaat), en bepaalt dat deze bedragen binnen 14 dagen na de dag van de uitspraak moeten zijn voldaan, bij gebreke waarvan deze bedragen worden vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf het einde van genoemde termijn van 14 dagen;