Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[verdachte],
- geheel en/of gedeeltelijk doorgesneden pezen ter hoogte van de pols op de rechterarm en/of
- een geheel of gedeeltelijk doorgesneden duim aan de linkerhand en/of
- een blijvend ontsierend litteken op de neus en/of het voorhoofd
of omstreeks06 februari 2019 te 's-Gravenhage ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om opzettelijk een persoon [slachtoffer 1] van het leven te beroven, opzettelijk met een mes,
althans een scherp en/of puntig voorwerpmeermalen
, althans één maalheeft gestoken en/of gesneden in het gezicht en
/ofhet hoofd en
/ofhet lichaam van de zich in zijn, verdachte ‘s, nabijheid bevindende [slachtoffer 1], terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
of omstreeks06 februari 2019 te 's-Gravenhage [slachtoffer 2] heeft mishandeld door met een mes
, althans een scherp en/of puntig voorwerpin de arm van die [slachtoffer 2] te steken;
of omstreeks06 februari 2019 te 's-Gravenhage [slachtoffer 3]
en/of [slachtoffer 4]heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en
/ofmet zware mishandeling, door
(met opgeheven arm) met een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp op die [slachtoffer 3] en/of die [slachtoffer 4] af te lopen en/ofeen mes in de richting van die, zich in de nabijheid van verdachte bevindende, [slachtoffer 3]
en/of [slachtoffer 4]te houden
, althans die [slachtoffer 3] en/of die [slachtoffer 3] een mes te tonen.
poging tot doodslag.
mishandeling.
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht
en met zware mishandeling.
€ 273,70 +
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) jaren.
ter beschikking wordt gestelden beveelt dat hij van overheidswege zal worden verpleegd.
teruggaveaan de verdachte van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten de onder 1 tot en met 8 genummerde voorwerpen op de zich in het dossier bevindende beslaglijst:
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
€ 35.102,75 (vijfendertigduizend honderdtwee euro en vijfenzeventig cent) bestaande uit € 10.102,75 (tienduizend honderdtwee euro en vijfenzeventig cent) materiële schade en € 25.000,00 (vijfentwintigduizend euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
gijzelingop ten hoogste
210 (tweehonderdtien) dagen. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2]
€ 3.122,00 (drieduizend honderdtweeëntwintig euro) bestaande uit
gijzelingop ten hoogste
41 (eenenveertig) dagen. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.