ECLI:NL:GHDHA:2020:283
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Verzekering tegen verstikking van varkens en voorwaarden alarminstallatie
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellant], eigenaar van een vleesvarkensbedrijf, tegen Achmea Schadeverzekeringen N.V. over de dekking van schade door verstikking van varkens als gevolg van het uitvallen van de installatie voor automatische klimaatregeling. Op 12 maart 2011 viel deze installatie uit, wat leidde tot de dood van 285 vleesvarkens. Achmea weigerde schadevergoeding omdat er geen alarmmelding was ontvangen. De rechtbank Den Haag wees de vordering van [appellant] af, wat leidde tot het hoger beroep. Het hof bevestigde de feiten zoals vastgesteld door de rechtbank en beoordeelde de verzekeringsvoorwaarden. Het hof oordeelde dat de primaire dekkingsomschrijving vereist dat er onmiddellijk een alarmmelding is ontvangen, waarna adequaat is opgetreden. Het hof verwierp de argumenten van [appellant] dat de voorwaarden onredelijk waren en dat de oorzaak van het niet afgaan van het alarm niet kon worden vastgesteld. Het hof concludeerde dat de omstandigheden niet voldeden aan de voorwaarden voor dekking en bekrachtigde het vonnis van de rechtbank, waarbij [appellant] werd veroordeeld in de proceskosten.