ECLI:NL:GHDHA:2017:3790
Gerechtshof Den Haag
- Rekestprocedure
- Rechtspraak.nl
Machtiging tot schenking in meerderjarigenbewind; beoordeling van bijzondere omstandigheden
In deze zaak gaat het om een verzoek tot machtiging tot het doen van schenkingen namens een rechthebbende die met een zware verstandelijke handicap is geboren en nooit wilsbekwaam is geweest. De verzoekers, die als bewindvoerders optreden, hebben in hoger beroep de beschikking van de kantonrechter in Rotterdam van 14 december 2016 aangevochten, waarin hun verzoek om een machtiging tot schenkingen van in totaal € 10.000,- werd afgewezen. De verzoekers stellen dat er bijzondere omstandigheden zijn die rechtvaardigen dat van de hoofdregel, die stelt dat een verzoek tot machtiging tot schenking moet worden afgewezen indien er geen schenkingstraditie is, kan worden afgeweken. Ze wijzen erop dat de rechthebbende nooit een testament heeft opgemaakt en dat haar inkomen voldoende is om in haar levensonderhoud te voorzien.
Het hof heeft de zaak op 6 oktober 2017 mondeling behandeld, waarbij de verzoekers aanwezig waren met hun advocaat, terwijl de rechthebbende niet ter zitting verscheen. Het hof overweegt dat, hoewel de rechthebbende een aanzienlijk vermogen heeft, het niet in haar belang is om schenkingen te doen die haar vermogen kunnen verminderen, vooral gezien de mogelijke toekomstige verhoging van haar eigen bijdrage aan de zorginstelling. Het hof concludeert dat de beoogde schenkingen niet in het belang van de rechthebbende zijn en dat de verzoekers niet hebben aangetoond dat er bijzondere omstandigheden zijn die een afwijking van de hoofdregel rechtvaardigen. Daarom bekrachtigt het hof de bestreden beschikking en bepaalt dat de verzoekers hun eigen kosten van het hoger beroep dragen.