Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Afdeling Civiel recht
1.Normanco Holding B.V.,
[appellant 2] ,
1.Het verloop van het geding
2.Beoordeling in het incident
- i) dat de incidenteel eiser belang moet hebben bij de door hem verlangde schorsing van de uitvoerbaarheid bij voorraad;
- ii) dat bij de in het licht van de omstandigheden van het geval te verrichten afweging van de belangen van partijen moet worden nagegaan of, bijvoorbeeld in verband met de spoedeisendheid van het voldoen aan de veroordeling, het belang van degene die de veroordeling verkreeg, zwaarder weegt dan dat van de veroordeelde bij behoud van de bestaande toestand tot op het rechtsmiddel is beslist;
- iii) dat bij deze belangenafweging moet worden uitgegaan van de bestreden beslissing en van de daaraan ten grondslag liggende vaststellingen en oordelen, en de kans van slagen van het tegen die beslissing aangewende rechtsmiddel in beginsel buiten beschouwing moet blijven;
- iv) dat indien in vorige instantie een gemotiveerde beslissing is gegeven over de uitvoerbaarverklaring bij voorraad, de incidenteel eiser of verzoeker die wijziging van deze beslissing wenst, aan zijn vordering of verzoek feiten en omstandigheden ten grondslag zal moeten leggen die bij de door de vorige rechter gegeven beslissing niet in aanmerking zijn genomen en die kunnen rechtvaardigen dat van die eerdere beslissing wordt afgeweken; en
- v) dat indien een gemotiveerde beslissing over de uitvoerbaarverklaring bij voorraad ontbreekt - hetzij doordat in de vorige instantie geen uitvoerbaarverklaring bij voorraad is gevorderd of verzocht, hetzij doordat de rechter in vorige instantie geen gemotiveerde beslissing op die vordering of dat verzoek heeft gegeven - de hiervoor onder (iv) vermelde eis niet geldt en beslist dient te worden met inachtneming van het hiervoor onder (i)-(iii) vermelde.