Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
- de moeder, bijgestaan door mr. M.D.A. de Bruijn, kantoorgenoot van haar advocaat;
- [naam] namens de raad;
- [naam] en [naam] namens de gecertificeerde instelling.
- de minderjarige is op 2 juni 2015 met instemming van de moeder in een crisispleeggezin geplaatst;
- de minderjarige is bij beschikking van 7 september 2015 van de rechtbank Den Haag voorlopig onder toezicht van de gecertificeerde instelling geplaatst voor de periode van 9 september 2015 tot 25 november 2015 en de gecertificeerde instelling is bij diezelfde beschikking gemachtigd de minderjarige gedurende de voorlopige ondertoezichtstelling uit huis te plaatsen in een crisisvoorziening;
- de minderjarige verblijft sinds 8 september 2015 in een perspectiefbiedend pleeggezin;
- op 9 oktober 2015 heeft de gecertificeerde instelling de moeder een schriftelijke aanwijzing gegeven, inhoudende dat er eens in de vier weken onder begeleiding van een professional gedurende één uur omgang tussen de moeder en de minderjarige plaats zal vinden;
- bij beschikking van 9 november 2015 van de rechtbank Den Haag is de schriftelijke aanwijzing van 9 oktober 2015 vervallen verklaard en bepaald dat de omgang tussen de minderjarige en de moeder wekelijks gedurende één dagdeel (4 uur) onder begeleiding van [naam] zal plaatsvinden;
- bij beschikking van 17 november 2015 van de rechtbank Den Haag is de minderjarige van 25 november 2015 tot 25 november 2016 onder toezicht van de gecertificeerde instelling gesteld en is de gecertificeerde instelling gemachtigd de minderjarige gedurende dag en nacht uit huis te plaatsen in een voorziening voor pleegzorg van 25 november 2015 tot 25 januari 2016.
De uithuisplaatsing
De contactregeling
B. Breederveld, bijgestaan door mr. R.S. Hogendoorn-Matthijssen als griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 10 augustus 2016.