Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
arrest van 21 april 2015
Varde Investments (Ireland) Limited,
1. [geïntimeerde 1],
2. [geïntimeerde 1],
Het geding
Beoordeling van het hoger beroep
Artikel 5 Verklaringen van Deelnemer en afstand van recht
de Betrokken Partij -(in casu) [geïntimeerde 2] mee diende te tekenen. Dit is volgens [geïntimeerde] een vormvoorschrift. Een overeengekomen vormvoorschrift staat bij de niet naleving daarvan aan de totstandkoming van de overeenkomst in de weg. Volgens [geïntimeerde] beoogt het vormvoorschrift het belang van de huurkoper [geïntimeerde 1], het gezin [geïntimeerde 1]-[geïntimeerde 2] en het belang van rechtszekerheid van Dexia te beschermen.
Beslissing
- verklaart [geïntimeerde] niet ontvankelijk in het hoger beroep tegen het tussen partijen gewezen vonnis van de rechtbank Rotterdam, Sector kanton, Locatie Rotterdam, van 16 april 2010;
- vernietigt de tussen partijen gewezen vonnissen de rechtbank Rotterdam, Sector kanton, Locatie Rotterdam, van 3 september 2010 en 17 december 2010;
opnieuw rechtdoende:
- veroordeelt [geïntimeerde] tot betaling aan Varde tegen behoorlijk bewijs van kwijting van een bedrag van € 38.322,47, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 8 juli 2010 tot aan de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt [geïntimeerde] in de kosten van het geding in eerste aanleg, aan de zijde van Varde tot op 17 december 2010 begroot op € 208,-- aan verschotten en € 1.400,-- aan salaris advocaat;
- veroordeelt [geïntimeerde] in de kosten van het principaal appel, aan de zijde van Varde tot op heden begroot op € 1.769,-- aan verschotten en € 2.895,-- aan salaris advocaat;
- veroordeelt [geïntimeerde] in de kosten van het incidenteel appel, aan de zijde van Varde tot op heden begroot op € 1.475,-- aan salaris advocaat;
- verklaart dit arrest uitvoerbaar bij voorraad.