Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Arrest van 24 juni 2014
[appellant], wonend te Wassenaar,
de maatschap SCHEERSANDERS ADVOCATEN, gevestigd te 's-Gravenhage,
advocaat: mr. P. Rijpstra te 's-Gravenhage.
Het geding
De beoordeling van het hoger beroep
grieven I en IIzijn tegen die verwerping gericht.
- welke opdracht zij heeft aanvaard en bij brief van 19 februari 2008 (productie 1 van Advocatenmaatschap in de eerste aanleg) bevestigd - hoger beroep in te stellen tegen een vonnis van de rechtbank Den Haag van 13 februari 2008 in de zaak tussen [appellant] en Deutsche Bahn AG (hierna: DB). De stelling is gestaafd met de genoemde bevestigingsbrief van 19 februari 2008. In die brief komt een passage voor (opgenomen in het vonnis, onder 2.3), die gewijd is aan de vraag of [appellant] - en niet TT of de in de eerste aanleg mede gedagvaarde besloten vennootschap C.F.R. Timber Holding B.V. (hierna: TH) - in aanmerking zou komen voor gefinancierde rechtsbijstand.
grief IIIstelt [appellant] zijn in hoger beroep gewijzigde vordering en de daaraan thans gegeven grondslag aan de orde.