ECLI:NL:GHARN:2012:BX1582
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de terbeschikkingstelling van een persoon met schizofrenie en autistiforme stoornis
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 2 juli 2012 uitspraak gedaan in hoger beroep over de terbeschikkingstelling van een betrokkene die lijdt aan een schizofrenie stoornis van het gedesorganiseerde type en een autistiforme stoornis. De terbeschikkingstelling was eerder opgelegd door het gerechtshof ’s-Gravenhage in verband met een misdrijf dat de persoonlijke levenssfeer van het slachtoffer in gevaar bracht. Het hof oordeelde dat het duwen van het slachtoffer een ernstige inbreuk op zijn persoonlijke levenssfeer vormde en dat dit geweld met zich meebracht, wat de kwalificatie van het delict als een misdrijf onder artikel 38e van het Wetboek van Strafrecht rechtvaardigde. De betrokkene verbleef op dat moment in een psychiatrisch centrum en was bereid om zijn behandeling voort te zetten.
Het hof heeft de beschikbare rapportages van forensische psychologen en psychiaters in overweging genomen, die het recidiverisico als laag inschatten binnen een gestructureerde omgeving met continuering van medicatie. De raadsman van de betrokkene pleitte voor beëindiging van de terbeschikkingstelling, terwijl de advocaat-generaal de verlenging ervan bepleitte. Het hof concludeerde dat de veiligheid van anderen niet langer een verlenging van de terbeschikkingstelling vereiste en dat de vordering van de officier van justitie moest worden afgewezen. De beslissing van de rechtbank Dordrecht, die de vordering tot verlenging had afgewezen, werd vernietigd.
Het hof benadrukte dat de primaire doelstelling van de terbeschikkingstelling de beveiliging van de samenleving is en dat de betrokkene, gezien zijn ontwikkeling en medicatietrouw, in staat is om in een minder restrictieve omgeving te functioneren. De beslissing om de terbeschikkingstelling te beëindigen werd genomen met inachtneming van de rechtsbeginselen van proportionaliteit en subsidiariteit, en de betrokkene werd aangemoedigd om zijn resocialisatie voort te zetten.