1.1. Avicenna is een instituut dat tot doel heeft het samenstellen, ontwikkelen, verzorgen en uitvoeren van opleidingen, trainingen en cursussen voor met name de sector gezondheid.
1.2. Flevoziekenhuis heeft een bestuursstructuur die wordt gevormd door een Raad van Bestuur en een Raad van Toezicht. Mevrouw [voorzitter Raad van Bestuur] (verder te noemen: [voorzitter Raad van Bestuur]) is sinds 1 maart 2008 voorzitter van de Raad van Bestuur.
1.3. Zij is enig bestuurder van Flevoziekenhuis met zelfstandige vertegenwoordigingsbevoegdheid, die ten tijde van de onderhavige gebeurtenissen haar alleen toekwam.
1.4. Mevrouw [directeur financiën] (verder te noemen: [directeur financiën]) was directeur financiën, marketing en verkoop bij Flevoziekenhuis. Tevens nam zij tot 1 juni 2008 de portefeuille personeel en organisatie waar.
1.5. Op 27 mei heeft een gesprek plaatsgevonden, waarbij de heer [betrokkene1], directeur van Avicenna (verder te noemen: [directeur van Avicenna]), [voorzitter Raad van Bestuur] en mevrouw [zelfstandig management consultant] (zelfstandig management consultant) aanwezig waren. Tijdens dat gesprek heeft [voorzitter Raad van Bestuur] een intentie uitgesproken tot samenwerking met Avicenna in het kader van een door Avicenna te ontwikkelen zogenaamd MD-traject ten behoeve van medewerkers van Flevoziekenhuis en heeft zij aangegeven dat [directeur van Avicenna] hiervoor contact kon opnemen met [directeur financiën].
1.6. In juni of juli heeft in vervolg hierop een gesprek plaatsgevonden tussen [directeur van Avicenna] en [directeur financiën].
1.7. Op 1 juni is de heer [directeur HR] (hierna: [directeur HR]) als directeur HR in dienst getreden bij Flevoziekenhuis.
1.8. Op 23 juni wordt een bespreking gepland voor 11 augustus tussen onder meer functionarissen van Flevoziekenhuis en Avicenna, welke bespreking later is verplaatst naar 17 september.
1.9. In juli heeft Avicenna interviews gehouden met medewerkers van Flevoziekenhuis (waaronder [directeur HR]) ter voorbereiding op een door haar te ontwikkelen plan voor een MD-traject.
1.10. Eind juli heeft [directeur van Avicenna] een schriftelijke opzet voor een te houden MD traject verzonden aan [voorzitter Raad van Bestuur] en [directeur financiën]. Partijen verschillen van mening over de aard en inhoud van dit stuk. In ieder geval bevatte dit stuk nog geen financiële paragraaf.
1.11. Dit stuk is half augustus besproken in een overleg tussen, in ieder geval, de heer [directeur Avicenna 2], een andere directeur van Avicenna (hierna: [directeur Avicenna 2]), [directeur financiën] en [voorzitter Raad van Bestuur].
1.12. Op 4 en 5 september heeft [voorzitter Raad van Bestuur] aan [directeur financiën] meegedeeld dat haar arbeidsovereenkomst per 1 oktober beëindigd wordt. Ook op 9 september is daarover tussen hen beide gesproken.
1.13. Op 4 september heeft Avicenna aan [directeur financiën] toegezonden een “conceptvoorstel voor het Integraal Leidersprogramma Succesvol pionieren is leveren vanuit klantwensen”. Dit concept (hierna te noemen: voorstel) is voorzien van een financiële paragraaf. De geoffreerde prijzen bedragen € 195.900,- voor het jaar 2008 en € 388.850,- voor het jaar 2009. De laatste bladzijde van het voorstel bevat de tekst: “(…) Indien u wilt overgaan tot opdracht, verzoeken wij u beide exemplaren te paraferen en de laatste pagina te ondertekenen (…)”, met daaronder onder meer, onder het kopje “Namens Flevoziekenhuis” een stippellijn, met daaronder “datum” en daaronder een stippellijn met daaronder de tekst: “handtekening drs. [voorzitter Raad van Bestuur] MHA Voorzitter Raad van Bestuur”.
1.14. Op 9 september heeft [directeur van Avicenna] per e-mail een andere versie van genoemd voorstel verzonden aan [directeur financiën]. Aan de betwisting van de authenticiteit van de overgelegde uitdraai van deze e-mail met bijlage gaat het hof als onvoldoende gemotiveerd voorbij, temeer nu Flevoziekenhuis zelf stelt dat [directeur financiën] deze e-mail op 17 september aan [directeur HR] zou hebben doorgezonden (mvg 34). De bewuste e-mail luidt voor zover van belang als volgt:
“Bijgaand tref je volgens afspraak het hernieuwd voorstel aan, inclusief een financiële paragraaf. (…) Aanpassingen kan ik desgewenst morgen nog doorvoeren voor de bestuursvergadering van aanstaande donderdag.”
1.15. Op donderdag 11 september heeft bij het Flevoziekenenhuis een bestuursvergadering plaatsgevonden, waarbij het MD-traject niet aan de orde is gekomen.
1.16. Op 11 september, haar laatste werkdag, heeft [directeur financiën] in de avond een e-mail aan [directeur van Avicenna] verzonden, met – voor zover van belang – de volgende inhoud:
“Zoals vandaag telefonisch besproken bevestig ik hierbij ook per mail, gezien ik vanaf maandag 15 september as drie weken met vakantie ben, dat jouw hernieuwd voorstel (…) wat op ons verzoek is aangepast, met [voorzitter Raad van Bestuur] (hof: [voorzitter Raad van Bestuur]) heb besproken. [voorzitter Raad van Bestuur] was zeer enthousiast en gaat akkoord met de hernieuwde voorstel en wij gaan starten.”
1.17. Op 17 september heeft het hiervoor onder 1.8 bedoelde gesprek plaatsgevonden tussen [directeur HR] en [directeur van Avicenna] en een aantal andere personen.
1.18. Op 1 oktober heeft [directeur van Avicenna] ter attentie van [directeur HR] een aangepast voorstel aan Flevoziekenhuis verzonden. De inhoud van deze brief luidt voor zover van belang als volgt:
“(…) Bijgaand tref je het voorstel Integraal Leiderschapsprogramma aan dat ik je vorige week reeds per e-mail heb toegezonden. Ik hoop dat het voorstel positief wordt ontvangen. Uiteraard ben ik bereid op resterende vragen en opmerkingen in te gaan.
Indien je akkoord gaat met het voorstel dan ontvangen wij beide exemplaren voorzien van paraaf en handtekening, graag retour. (…).”
Het bij deze brief gevoegde voorstel bevat op pagina 17 dezelfde tekst als hiervoor onder 1.13 genoemd, met ruimte voor de handtekening van [voorzitter Raad van Bestuur].
1.19. Op 9 oktober heeft een bestuursvergadering bij Flevoziekenhuis plaatsgevonden, waarbij het MD traject is besproken. In de notulen van die vergadering staat vermeld: “besloten wordt in overleg te treden met Avicenna en een andere partij te benaderen zodat er twee offertes naast elkaar gelegd kunnen worden.”
1.20. Op 10 en 14 oktober heeft telefonisch overleg plaatsgevonden tussen [directeur HR] en [directeur van Avicenna]. Daarbij is aan [directeur van Avicenna] te kennen gegeven dat Flevoziekenhuis voor het MD-traject (waarschijnlijk) geen gebruik wenst te maken van de diensten van Avicenna.
1.21. Op 17 november heeft een bespreking plaatsgevonden tussen [directeur HR], [directeur van Avicenna] en [arts] (arts verbonden aan Flevoziekenhuis), waarbij [directeur van Avicenna] het e-mailbericht van [directeur financiën] aan hem van 11 september heeft getoond en zich op het standpunt heeft gesteld dat op grond daarvan een overeenkomst tussen Avicenna en Flevoziekenhuis tot stand is gekomen.
1.22. Flevoziekenhuis heeft bestreden dat van een overeenkomst tussen haar en Avicenna sprake is.
1.23. Op verzoek van Avicenna hebben voorlopige getuigenverhoren plaatsgevonden, waarbij verklaringen zijn afgelegd door [directeur van Avicenna], [directeur financiën], [arts] en [directeur Avicenna 2]. Door Flevoziekenhuis zijn schriftelijke verklaringen in het geding gebracht van [voorzitter Raad van Bestuur], [directeur HR] en [betrokkene 3]. Door Avicenna is een schriftelijke verklaring van [zelfstandig management consultant] en [directeur financiën] overgelegd.