ECLI:NL:GHARN:2011:BR2413
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Incident tot verzet tegen eiswijziging in civiele procedure tussen Stichting Flevoziekenhuis en Avicenna
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem diende, ging het om een incident tot verzet tegen een eiswijziging in een civiele procedure. De Stichting Flevoziekenhuis, appellante in het principaal appel en geïntimeerde in het incidenteel appel, had in eerste aanleg een vordering ingesteld tegen Avicenna, waarbij zij een schadevergoeding van € 241.037,31 eiste. In eerste instantie werd door de rechtbank Zwolle-Lelystad geoordeeld dat Flevoziekenhuis toerekenbaar tekort was geschoten in de nakoming van de overeenkomst en werd zij veroordeeld tot betaling van schadevergoeding aan Avicenna, nader op te maken bij staat.
In hoger beroep heeft Flevoziekenhuis bezwaar gemaakt tegen een eiswijziging van Avicenna, die een wijziging van een concreet schadebedrag naar een schadestaatprocedure inhield. Flevoziekenhuis stelde dat deze wijziging in strijd was met de goede procesorde, omdat er in eerste aanleg geen inhoudelijk debat over de schadebedragen had plaatsgevonden. Het hof oordeelde echter dat het bezwaar van Flevoziekenhuis ongegrond was, omdat de eiswijziging niet in strijd was met de goede procesorde. Het hof wees het bezwaar af en verwees de hoofdzaak naar de rol voor memorie van antwoord in het incidenteel appel aan de zijde van Flevoziekenhuis.
De uitspraak van het hof benadrukt de mogelijkheid van eiswijzigingen in hoger beroep en de herstelfunctie van het hoger beroep. Het hof concludeerde dat Flevoziekenhuis voldoende gelegenheid had om haar verweer aan te vullen en dat de gewijzigde eis geen andere feiten of rechtsverhouding ten grondslag had. De kosten van het incident werden gereserveerd voor de einduitspraak.