ECLI:NL:GHARN:2008:BG9306
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake aanslag onroerende-zaakbelasting door de gemeente Arnhem
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 17 december 2008 uitspraak gedaan in hoger beroep over een aanslag onroerende-zaakbelasting voor het jaar 2004, ingesteld door de heffingsambtenaar van de gemeente Arnhem. De ambtenaar was niet verschenen op de zittingen, zowel bij het Hof als bij de Rechtbank, wat het Hof als bestuursorgaan-onwaardig gedrag beschouwde. De ambtenaar had in hoger beroep aangevoerd dat de Rechtbank ten onrechte had geoordeeld dat er sprake was van een verschoonbare termijnoverschrijding volgens artikel 6:11 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Het Hof oordeelde echter dat de Rechtbank op goede gronden een juiste beslissing had genomen en dat het hoger beroep van de ambtenaar faalde. Het Hof bevestigde de uitspraak van de Rechtbank en oordeelde dat er geen termen aanwezig waren voor een kostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en partijen kregen de mogelijkheid om binnen zes weken beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden. De griffierechten voor het hoger beroep werden vastgesteld op € 428.