ECLI:NL:GHARN:2008:BC8182
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep kort geding
- A.G. Coumans
- E.A.K.G. Ruys
- A.E. Harteveld
- Rechtspraak.nl
Tussentijdse toetsing van de ISD-maatregel en onbevoegdheid van het hof
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 31 maart 2008 uitspraak gedaan in hoger beroep van een kort geding met betrekking tot de noodzaak tot voortzetting van de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders (ISD-maatregel). De raadsman van de veroordeelde heeft betoogd dat het hof zich onbevoegd moet verklaren voor de tussentijdse toetsing van de ISD-maatregel, verwijzend naar een eerdere beslissing van het hof op 26 februari 2008. Het hof heeft de relevante stukken in overweging genomen, waaronder een eerder arrest van 25 mei 2007 en rapportages van de Unitdirecteur en een trajectcoördinator van de verblijfsplaats van de veroordeelde.
Tijdens de openbare raadkamer op 17 maart 2008 heeft het hof de veroordeelde, diens raadsman mr. B. Molenaar, en de advocaat-generaal gehoord. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd dat het hof bevoegd is tot de tussentijdse toetsing en dat de ISD-maatregel moet worden voortgezet. Het hof heeft echter overwogen dat de wettelijke regeling, met name artikel 38s van het Wetboek van Strafrecht, niet dwingt tot onbevoegdheid. Gezien het standpunt van de raadsman, heeft het hof besloten zich onbevoegd te verklaren en de zaak door te verwijzen naar de rechtbank Arnhem.
De beslissing van het hof is op 26 juni 2008 openbaar uitgesproken. De veroordeelde, geboren in 1963, verblijft thans in een inrichting voor stelselmatige daders. Het hof heeft de zaak naar de rechtbank verwezen voor verdere behandeling.