ECLI:NL:GHARL:2025:3480

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
3 juni 2025
Publicatiedatum
6 juni 2025
Zaaknummer
21-004365-22
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herstelarrest in hoger beroep tegen vonnis rechtbank Gelderland met betrekking tot gevangenisstraf en voorlopige hechtenis

Op 3 juni 2025 heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden een herstelarrest gewezen in de strafzaak tegen de verdachte, die eerder op 4 april 2025 was veroordeeld tot een gevangenisstraf van 40 maanden, waarvan 24 maanden voorwaardelijk. In het eerdere arrest ging het hof ervan uit dat de verdachte het onvoorwaardelijke deel van de gevangenisstraf reeds had ondergaan in het kader van voorarrest. Echter, het hof had verzuimd te bevelen dat het bevel tot voorlopige hechtenis werd opgeheven. Dit herstelarrest is bedoeld om deze fout te corrigeren. Het hof voegt aan het dictum van het eerdere arrest toe dat het bevel tot voorlopige hechtenis wordt opgeheven. De uitspraak is gedaan door de voorzitter en twee raadsheren, in aanwezigheid van twee griffiers. Het herstelarrest is een belangrijke stap in het proces, omdat het de juridische status van de verdachte verduidelijkt en ervoor zorgt dat de eerdere verzuim wordt rechtgezet.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-004365-22
Datum: 3 juni 2025
Herstelarrestbehorend bij het arrest van 4 april 2025 van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof Arnhem‑Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, gewezen op het hoger beroep dat is ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, van 27 september 2022 met parketnummer 05/780020-21 in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1997,
wonende op het adres [geboortedag] .
Reden voor herstel
In het arrest van 4 april 2025 heeft het hof de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 40 maanden waarvan 24 maanden voorwaardelijk. Verder overwoog het hof in dat arrest dat het ervan uitgaat ‘dat verdachte het onvoorwaardelijke deel van de op te leggen gevangenisstraf reeds heeft ondergaan in het kader van voorarrest’. Abusievelijk heeft het hof in dat arrest echter nagelaten te bevelen dat het bevel tot voorlopige hechtenis wordt opgeheven. Door middel van dit herstelarrest beoogt het hof die fout te herstellen.

BESLISSING

Het hof herstelt de genoemde fout in het arrest van 4 april 2025 door aan (het dictum van) dat arrest toe te voegen:

Voorlopige hechtenis

Beveelt dat het bevel tot voorlopige hechtenis wordt opgeheven.
Dit herstelarrest is gewezen op 3 juni 2025 door
mr. A. van Maanen, voorzitter,
mr. M. Keppels en mr. J. Corthals, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. L.A.C. van den Berg-Veltman en mr. D. van der Geld, griffiers.
Griffier mr. Van den Berg-Veltman is buiten staat dit herstelarrest mede te ondertekenen.