Uitspraak
[appellant],
die bij de rechtbank optrad als gedaagde,
de Stichting,
1.Het verloop van de procedure in eerste aanleg
2.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- De appeldagvaarding op 9 april 2022 uitgebracht door [appellant] ;
- de memorie van grieven met wijziging van eis en producties;
- de memorie van antwoord met producties;
- vervolgens heeft het hof bij tussenarrest van 24 januari 2023 een mondelinge behandeling bevolen, die op 7 juni 2023 heeft plaatsgevonden;`
- daarna heeft Lentis nog een akte en [appellant] een antwoordakte genomen;
- ten slotte is een dag voor arrest bepaald.
3.De kern van de zaak en de beslissing van het hof kort weergegeven
4.De feiten
5.Oordeel van de rechtbank; wijziging eis en grondslagen in hoger beroep
- het bindend advies van de Geschillencommissie KNMG te vernietigen en
I. het vonnis van 9 februari 2022 te vernietigen;
6.De beoordeling van de vordering en de grieven
“Het antwoord op de vraag of een overeenkomst is tot stand gekomen, is afhankelijk van hetgeen partijen over en weer hebben verklaard en uit elkaars verklaringen hebben afgeleid en in de gegeven omstandigheden redelijkerwijze mochten afleiden. Aanbod en aanvaarding hoeven niet uitdrukkelijk plaats te vinden; zij kunnen in elke vorm geschieden en kunnen besloten liggen in een of meer gedragingen (zie art. 3:35 in verband met art. 3:33 en art. 3:37 lid 1 BW).” [3]
De uitspraak is bindend voor partijen met ingang van de dag volgend op de datum waarop de uitspraak schriftelijk bekend is gemaakt.”
Een deugdelijke concretisering van dit beroep op dit wilsgebrek wordt door [appellant] niet gegeven.
“5. Samenstelling van de commissie voor de behandeling van een geschil.
“Artikel 48. Commissie
kan ook uitdrukkelijk niet uitsluiten dat de wijze waarop [naam1] hem heeft behandeld ten aanzien van de kwestie-handen schudden met vrouwen, waarbij [naam1] deze situatie tegen beter weten in als belemmerend voor zijn functioneren aan anderen heeft gepresenteerd, zich officieel als discriminatie laat kwalificeren.”