Uitspraak
1.[appellant1] ,
3. [appellant3] ,
[appellanten]en ieder afzonderlijk
[appellant1],
[appellant2]en
[appellant3],
1.Mediahuis Noord B.V.,
Mediahuis c.s.en ieder afzonderlijk
Mediahuisen
[geïntimeerde2],
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
2.De kern van de zaak
3.De relevante feiten
4.Het oordeel van het hof
strafrechtelijk onderzoek naar foute energie-labels in Grunn: “welke personen zijn betrokken”), de vermelding dat het OM in samenwerking met de politie strafrechtelijk gaat onderzoeken welke natuurlijke en rechtspersonen daarbij betrokken zijn en dat Sikkom wel een idee heeft wie dat zijn met verwijzing naar eerdere publicaties (waarin [appellanten] met voor- en achternaam worden genoemd), direct gevolgd door de mededelingen dat [appellant1] van Pronkjewail geen commentaar wil geven en dat fraude met energielabels wordt gezien als een economisch delict waar maximaal twee jaar gevangenisstraf op staat. De gemiddeld geïnformeerde lezer van de website zal de boodschap van het artikel zo begrijpen dat [appellanten] zich schuldig hebben gemaakt aan een fraudegerelateerd strafbaar feit en dat zij verdachten zijn in het strafrechtelijk onderzoek dat naar foute energielabels plaatsvindt.
bij sommigen [in de RvC bij FC Groningen] ook de nodige integriteit (understatement)’ ontbreekt en aan het slot van de alinea dat [appellant2] niet ‘
van onbesproken gedrag’ zou zijn en ‘
ten onrechte miljoenen zijn verdiend over de rug van huurders’.Dergelijke uitlatingen stralen negatief af op [appellant2] , maar wijzen niet in de richting van fraude of frauduleus handelen.