Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
[de betrokkene] (hierna: de betrokkene),
De beslissing van de kantonrechter
Het verloop van de procedure
De beoordeling
De beslissing
€ 120,-;
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een beslissing van de kantonrechter inzake een verkeerslichtsanctie. De betrokkene, vertegenwoordigd door mr. B. de Jong, heeft hoger beroep ingesteld tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Den Haag, die op 17 maart 2023 het beroep van de betrokkene tegen de beslissing van de officier van justitie ongegrond verklaarde. De sanctie van € 160,- was opgelegd voor het negeren van een rood verkeerslicht op 31 oktober 2020 in Gouda. De ambtenaar die de sanctie oplegde, had geen direct zicht op het verkeerslicht, maar voerde nader onderzoek uit naar de werking van de verkeerslichtinstallatie. Het hof oordeelt dat de ambtenaar voldoende gegevens heeft verzameld om de gedraging vast te stellen, ondanks het gebrek aan direct zicht op het verkeerslicht. Het hof concludeert dat de betrokkene inderdaad door rood is gereden, maar erkent dat de redelijke termijn van berechting is overschreden. Daarom wordt de sanctie met 25% gematigd en worden de proceskosten vergoed. Het hof vernietigt de beslissing van de kantonrechter en wijzigt de sanctie naar € 120,-.