Uitspraak
bij de rechtbank: eiser,
[appellant],
Binn'npret,
2 2. Waar gaat het om?
3.3. De relevante feiten
4.4. De beoordeling van het geschil
Wel of geen masker op4.2 Tussen partijen staat niet ter discussie dat [appellant] bij het paintballen oogletsel heeft opgelopen doordat er verf van een paintball in zijn (rechter)oog is terechtgekomen. [appellant] heeft tijdens de mondelinge behandeling bij het hof verklaard dat hij van Binn’npret een overall en een veiligheidsmasker heeft gekregen en dat hij in de overall en met het masker op naar het binnenveld is gegaan. Toen hij daar net was aangekomen, werd hij geraakt op zijn oog. Hij weet niet waar het balletje vandaan kwam. Vervolgens is hij naar de safetyzone gegaan, waar hij zijn masker heeft afgedaan. Hij stelde toen vast dat er gele verf in het masker zat. Volgens [appellant] heeft hij het masker pas in de safetyzone afgedaan en heeft hij het masker bij het betreden van het binnenveld - de ruimte waar geschoten werd - niet afgedaan.
“
Ik zat in hetzelfde team als mijn man. Als je geraakt werd, dan moest je naar een 'free zone'.
“
Het klopt dat [naam2] , de vrouw van [appellant] , en ikzelf in de safe room waren, plus nog een
“
Desgevraagd verklaar ik dat onze hele groep tijdens het spel die helm steeds op had. Dat
- opgesteld door de rechtsbijstandsverzekeraar van [appellant] - (handgeschreven) beantwoord. De vraag of [appellant] het masker droeg zoals was uitgelegd, wordt door alle respondenten met ja beantwoord. Enkelen van hen verklaren dat het masker (aan de zijkant) mogelijk niet goed afgesloten was. Een van hen merkt in dat verband op: “
Het masker werd goed gedragen maar toch via zijkant masker naar binnen gekomen kon je zien aan oog zijkant zat blauw spoor/lijn.”
“
Na een aantal rondes gespeeld te hebben, hebben we pauze gehouden van ongeveer 10 minuten. Na deze pauze hebben we nog een aantal rondes gespeeld. Tijdens 1 van de laatste ronde kwam de desbetreffende persoon binnen met 1 ander persoon om mij te raadplegen over het voorval. lk kreeg te horen dat deze meneer een balletje langs de rechter zijkant van zijn masker in was gegaan en er stukjes paintball in zijn oog terecht waren gekomen. Ik heb vervolgens eerst zijn oog gecontroleerd. Zijn oog was rood en met bloed doorlopen. Ik heb hierna een test gedaan met een zaklamp om te kijken of zijn pupil reageerde. De pupil reageerde wel maar niet naar behoren. Ik kreeg te horen dat hij al slecht ziend was met dit oog voor het incident. Ik heb gevraagd of ik een ambulance moest bellen. Hij vond dit zelf echter niet nodig. Vervolgens heb ik hem aangeraden om direct naar een arts te gaan om zijn oog te laten controleren. Dit vond meneer echter ook niet nodig. Ik heb dit ook direct laten weten aan mijn baas ( [naam6] ). Ik heb hem gevraagd welk masker van hem was om te kunnen controleren of zijn verhaal klopte. Meneer had een groen masker die ik heb gecontroleerd. Er zat echter geen paintball paint aan de binnenkant van zijn vizier. Hierdoor heb ik de conclusie getrokken dat hij zich niet aan de regels heeft gehouden en zijn masker in het speelveld dus heeft afgedaan, dit heb ik zelf niet kunnen waarnemen doordat ik binnen in de safe zone stond om geraakte mensen op te vangen. De rand rond het vizier die zorgt voor een zegel rond de ogen was ook nog intact, hierdoor kan het verhaal van meneer naar mijn mening dus ook niet waar zijn. Deze zegel zorgt er namelijk voor dat er geen paintbal balletjes in het vizier kunnen komen. Ondertussen had meneer al een ijszak en had hij zijn oog schoongemaakt met water en een doekje. Na het schoonmaken van zijn oog was zijn oog nog steeds dik en was zijn oog nog steeds rood.”
- allereerst heeft [appellant] enkele vragen geformuleerd waarvan de beantwoording een juridisch oordeel vergt. Dat juridische oordeel is aan het hof, niet aan de deskundige;
- vervolgens wil [appellant] dat de deskundige onderzoekt wat voor soort en type masker [appellant] droeg ten tijde van het ongeval. Partijen zijn het daar over eens. Het gaat om de groene helm die Binn’npret tijdens de zittingen bij de rechtbank en het hof heeft getoond. Zij verschillen alleen van mening over de vraag of in dat masker een schuimrubberen rand zat. Volgens [appellant] was dat niet het geval, volgens Binn’npret wel, hoewel de stellingen van Binn’npret op dit punt niet eenduidig zijn. Wat daar ook van zij: de deskundige kan dat niet vaststellen. Het hof zal hem wel vragen of de aan- of afwezigheid van een schuimrubberen rand verschil maakt voor de beantwoording van zijn vragen;
- het hof zal de deskundige niet vragen naar de instructies die moeten worden gegeven over het dragen van het masker. De inhoud van die instructies hangt af van het antwoord op de vraag of het masker voldoende afsluit en of de drager ervan dat mede zelf in de hand heeft door het masker af of bij te stellen. Indien dat laatste het geval is, is evident dat hij daarover geïnstrueerd moet worden.
a. Kunt u het (groene) masker beschrijven dat [appellant] op 18 januari 2019 heeft gedragen? Wie is de leverancier van het masker en wat is de prijs. Wanneer is het gekocht?
b. Kunt u aangeven welke paintballmaskers er in 2019 op de markt in Nederland waren en of er belangrijke prijs- en/of kwaliteitsverschillen in die maskers zijn? Indien sprake is van kwaliteitsverschillen, waarin bestaan die dan en welke gevolgen hebben die verschillen voor de bescherming die de maskers bieden? Kunt u tegen die achtergrond de kwaliteit van het masker beoordelen (tot welk marktsegment behoort het masker en wat is het beschermingsniveau)?
c. Zijn er voor zover u bekend door de overheid of door de branche kwaliteitseisen gesteld aan paintballmaskers? Zo ja, voldoet het masker daaraan?
d. Zijn er normen voor de vervanging van maskers (bijvoorbeeld na een aantal malen gebruik)? Indien die normen bestaan, kunt u nagaan of in dit geval aan die normen is voldaan en of, en op welke wijze, Binn’npret controleerde dat aan die eisen werd voldaan?
e. Is het bij dit masker mogelijk dat verf in de binnenkant van het masker terechtkomt? Zo ja, onder welke omstandigheden kan dat gebeuren? Speelt een rol of het elastiek van het masker loszit/niet strak genoeg kan worden aangetrokken en/of de schuimrand aan de voorzijde van het masker ontbreekt?
f. Indien uw antwoord op de vorige vraag bevestigend luidt: is, indien een ander masker (bijvoorbeeld van een betere kwaliteit) gedragen wordt, de kans dat verf aan de binnenkant van het masker terechtkomt geringer?
g. Kan een paintballmasker door iedere volwassen deelnemer gebruikt worden, of is sprake van verschillende maten?
h. Indien niet iedere volwassene een (uniform) paintballmasker kan gebruiken: kunt u nagaan of Binn’npret over verschillende maten maskers beschikte en of een voor [appellant] passende maat beschikbaar was en aan hem is uitgereikt?
i. Is het gebruikelijk dat een medewerker van een paintballcentrum het masker opzet bij de deelnemers dan wel dat de medewerker van de paintballcentrum controleert of het masker goed is opgezet?
j. Wat is op basis van uw onderzoek naar uw inschatting er de oorzaak van dat in dit geval verf aan de binnenzijde van het masker is terechtgekomen?
k. Heeft uw onderzoek bevindingen opgeleverd die naar uw inschatting voor een oordeel over deze zaak van belang zijn en die u in uw antwoord op de vorige vragen nog niet hebt vermeld?