ECLI:NL:GHARL:2023:4400
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Tussenuitspraak
- Rechtspraak.nl
Incident ex artikel 351 Rv in kort geding over ontruiming van een woning en uitvoerbaarheid bij voorraad
In deze zaak gaat het om een incidenteel arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, waarin het hof zich buigt over een verzoek van [appellante] om de uitvoerbaarheid bij voorraad van een eerder vonnis van de kantonrechter te schorsen. De kantonrechter had [appellante] veroordeeld om binnen zes maanden de woning aan de [adres] te [woonplaats1] te ontruimen, met een verhuisvergoeding van maximaal € 26.505,00. [appellante] heeft hoger beroep ingesteld en verzoekt het hof om de ontruiming te schorsen, omdat zij geen andere woonruimte kan vinden en de ontruiming onomkeerbare gevolgen zou hebben. [geïntimeerde] verzet zich tegen deze schorsing en stelt dat de kantonrechter de uitvoerbaarheid bij voorraad wel degelijk heeft gemotiveerd. Het hof overweegt dat de belangen van [appellante] om in de woning te blijven niet opwegen tegen de belangen van [geïntimeerde] die al jarenlang ernstige overlast ondervindt van [appellante]. Het hof wijst de incidentele vordering van [appellante] af en bevestigt de uitvoerbaarheid bij voorraad van het vonnis van de kantonrechter. De kosten van het incident worden aan [appellante] opgelegd.