Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep, verder te noemen: de vader,
1.De procedure in eerste aanleg
2.De procedure in hoger beroep
- de vader met zijn advocaat;
3.De feiten
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
Deze regel beperkt niet alleen de mogelijkheid om na het eerste processtuk in hoger beroep nog nieuwe grieven aan te voeren, maar ook de bevoegdheid om nieuwe feiten aan te voeren of het verzoek te veranderen of te vermeerderen [1] . De twee-conclusieregel berust op de eisen van de goede procesorde. [2]
De discussie tussen de ouders is inhoudelijk niet veranderd, mede omdat [plaats1] en [woonplaats2] relatief dicht bij elkaar liggen en de gronden van het verhuisverzoek van de moeder (samengevat als ‘dichter bij haar familie wonen’) ongewijzigd zijn gebleven. De vader heeft zich dus niet geconfronteerd gezien met een nieuw gezichtspunt, en de discussie tussen de ouders heeft zich meteen in de eerste twee processtukken in hoger beroep geconcentreerd op het volledige inhoudelijke geschil. Het hof is daarom van oordeel dat er in dit geval geen strijd is met de eisen van de goede procesorde en dus ook niet met de twee-conclusieregel. Het hof zal hierna uitgaan van het gewijzigde petitum. Zou het hof de wijziging niet toelaten dan zou dit tot gevolg hebben dat het nu moet beslissen op een inmiddels feitelijk achterhaalde situatie en zouden de ouders genoodzaakt zijn een nieuwe procedure te starten om alsnog een actuele beslissing te krijgen.
Het hof verwijst naar de motivering en de beslissing van de rechtbank in de bestreden beschikking en maakt deze na eigen onderzoek tot de zijne. Dat die motivering en beslissing zien op een verhuizing naar [plaats1] terwijl de moeder in hoger beroep verzoekt om naar [woonplaats2] te verhuizen, maakt het oordeel niet anders. De rechtbank heeft in de beoordeling de noodzaak voor de moeder meegewogen om op een veilige plek in de buurt van haar familie en netwerk haar leven weer op te bouwen. Het hof stelt vast dat de moeder ook bij een verhuizing naar [woonplaats2] in de buurt van haar netwerk woont. Daarnaast is de reistijd van [woonplaats1] naar [plaats1] respectievelijk [woonplaats2] nagenoeg gelijk.
Zo woont de zus van de moeder in [woonplaats2] zelf, en de rest van de familie (waaronder de ouders) en vrienden van de moeder op 15 tot 20 minuten reisafstand van de moeder. Het hof is van oordeel dat is komen vast te staan dat de moeder slechts om praktische redenen geen woning in [plaats1] kon vinden. De door haar verkregen urgentie was slechts beperkte tijd geldig en zag op de ‘regio [plaats1] ’. In [plaats1] waren binnen de geldigheidstermijn van de urgentie geen geschikte woningen beschikbaar waardoor zij werd genoodzaakt om in [woonplaats2] een woning te accepteren. De vader heeft dat niet gemotiveerd weersproken.
Zij heeft het hof verteld dat het voor haar zoveel spanningen geeft om in de directe omgeving van de vader te wonen dat dit haar psychische gezondheid verder in gevaar brengt, wat een negatieve weerslag zal hebben op [de minderjarige] . Terugverhuizen naar [woonplaats1] , de plaats waar de ouders samenwoonden en waar de moeder geen netwerk heeft, vormt een te grote belasting voor de moeder en daarmee voor [de minderjarige] .
Het hof kan de moeder volgen in dit betoog. Uit het door drs. [naam2] , gedragswetenschap-per/psycholoog bij [naam1] , op 4 april 2022 opgestelde verslag naar aanleiding van een screening van de moeder, volgt onder meer dat het van belang is dat de moeder verhuist naar een plek waar sprake is van duurzame veiligheid (zowel op fysiek als emotioneel vlak). Een veilige setting dichtbij familie en vrienden is aan te bevelen voor de moeder. De moeder kan zo ondersteuning krijgen bij het verwerken van haar trauma, aldus drs. [naam2] .
Het hof is van oordeel dat het belang van de vader bij een uitgebreide zorgregeling niet zwaarder weegt dan het belang van de moeder om op een voor haar veilige plek in de buurt van haar netwerk te wonen en daar haar leven weer op te bouwen. Het hof begrijpt de wens van de vader om een evenredig aandeel in de zorg voor [de minderjarige] te dragen en om te komen tot een co-ouderschapsregeling, maar zoals ook de raad op de zitting heeft gezegd, ontbreekt op dit moment tussen de ouders iedere basis voor een dergelijke gelijkwaardige verdeling van de zorg. De ouders hebben geen enkel vertrouwen in en respect voor elkaar en zij blijken nu niet in staat de zorg voor [de minderjarige] onderling af te stemmen. Zo vindt de overdracht van [de minderjarige] nog steeds plaats op neutraal terrein, wat veel van een kind vraagt. Bovendien gaan de overdrachten gepaard met spanningen en incidenten. Zo heeft de vader de moeder tijdens een recente overdracht, na een fikse woordenwisseling, in haar gezicht gespuugd en heeft hij haar na de overdracht met de auto afgesneden. Dit soort incidenten zijn beschadigend voor [de minderjarige] . De raad denkt dat het de ouders niet zal lukken om tot een co-ouderschap te komen en vreest dat [de minderjarige] klem zal raken als de ouders toch een co-ouderschapregeling gaan uitvoeren.
Het hof is het met de raad eens dat, gelet op de spanningen tussen de ouders, niet te verwachten is dat zij op (korte) termijn tot een co-ouderschapsregeling zullen komen. Bovendien is niet gesteld of gebleken dat de ouders eerder een gezamenlijk voornemen tot co-ouderschap hebben gehad.
Verder neemt het hof in aanmerking dat de vader op dit moment een meer dan fulltime baan heeft. Hij werkt 60 tot 70 uur per week, vertelde hij tijdens de zitting. De vader heeft zijn stelling dat hij in overleg met zijn werkgever minder kan gaan werken zodat hij meer voor [de minderjarige] kan zorgen, tegenover de gemotiveerde betwisting door de moeder, onvoldoende onderbouwd.
Deze regeling biedt de vader ook de door hem gewenste mogelijkheid om contact met de school van [de minderjarige] te hebben en betekent ook dat de vader bijna drie dagen en nachten per week de zorg voor [de minderjarige] heeft. Het hof verwacht dat de moeder zich zal blijven inzetten voor een frequent contact tussen [de minderjarige] en de vader.
checklist.