Uitspraak
[naam verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
Standpunten met betrekking tot de bewijsvraag
De waarheidsgetrouwheid van de verklaring van [naam aangeefster]
Bewijsmiddelen
proces-verbaal van bevindingen, als bijlage op pagina’s 85-93, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
relaas van verbalisanten over een gesprek met [naam aangeefster] op 16 december 2014:
op pagina 85:
op pagina 86:
op pagina 87:
(het hof begrijpt uit de context van het bewijsmiddel: in 2014)ontmoet. Ze is meegegaan naar haar huis in de buurt van de Steenstraat, in de Spijkerbuurt
(het hof begrijpt uit de context van het bewijsmiddel: in Arnhem), en daar hebben ze een beetje met elkaar gepraat.
(het hof begrijpt: via verdachte [naam verdachte] , [naam betrokkene 3] en/of [naam betrokkene 1] ). [naam medeverdachte 1] waarschuwde [naam aangeefster] ook omdat ze minderjarig was en zei dat ze hier straf voor kon krijgen.
proces-verbaal van bevindingen, als bijlage op pagina 94, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
relaas van verbalisant over een gesprek met [naam aangeefster] op 17 december 2014:
proces-verbaal van aangifte, als bijlage op pagina’s 95-105, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
verklaring van [naam aangeefster] op 19 januari 2015:
op pagina 100:
op pagina 101:
(het hof begrijpt uit de context van het bewijsmiddel: het werken in de prostitutie). Er werkte ook een ander meisje voor [naam medeverdachte 1] . Dat meisje stelde zich aan mij voor als [naam betrokkene 2] , haar echte voornaam is [naam betrokkene 2] . Ik weet geen achternaam. Ze hebben op mij ingepraat om als prostituee te gaan werken en vanaf dat moment regelde [naam medeverdachte 1] dingen voor mij. Ik kreeg ook een hoerentelefoon. [naam medeverdachte 1] nam de telefoon aan en zorgde dat er mensen kwamen. Ze maakte foto’s van mij en zette deze op het internet. Als ik een klant had gehad dan ging een deel naar [naam medeverdachte 1] en naar [naam verdachte] . Ik hield daar niets aan over. Ik gaf het geld aan [naam betrokkene 1] en hij gaf het geld aan zijn broer [naam verdachte] . Zo ging dat een tijdje door.
op pagina 102:
(het hof begrijpt uit de context van het bewijsmiddel: in Arnhem).
proces-verbaal van verhoor aangever, als bijlage op pagina’s 106-127, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
verklaring van [naam aangeefster] op 20 januari 2015:
op pagina 112:
(het hof begrijpt: verdachte [naam verdachte] ).
op pagina 113:
(het hof begrijpt: in de communicatie tussen aangeefster en verdachte [naam verdachte] )?
op pagina 114:
op pagina 115:
(het hof begrijpt uit de processen-verbaal op pagina’s 595-596 en 597-617 in het dossier: [naam betrokkene 3] )afgesproken dat ik [naam medeverdachte 1] zou ontmoeten. Ik was ervan op de hoogte. Ik was op een gegeven moment in de stad toen ik door [naam medeverdachte 1] werd gebeld. Zij zei dat ik naar haar toe moest komen. Ik ben er diezelfde dag heengegaan. Ik denk dat het eind september, begin oktober 2014 is geweest.
op pagina 116:
op pagina 117:
(het hof begrijpt: in Arnhem).
op pagina 118:
proces-verbaal van verhoor aangever, als bijlage op pagina’s 128-146, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
verklaring van [naam aangeefster] op 23 februari 2015:
op pagina 134:
proces-verbaal van verhoor getuigebij het kabinet rechter-commissaris in de rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem van 28 november 2016, bestaande uit 25 pagina’s, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
verklaring van [naam aangeefster] op 28 november 2016:
op pagina 8:
op pagina 9:
Op pagina 14:
Op pagina 18:
Op pagina 19:
Op pagina 20:
proces-verbaal van bevindingen, als bijlage op pagina’s 398-401, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
relaas van verbalisant:
op pagina 398:
(het hof begrijpt hierna telkens: het nummer van de JJI ’’Amsterbaken’’)was verbonden aan de justitiële jeugdinrichting ’’Amsterbaken’’, Transformatorweg 6, 1014 AK in Amsterdam.
op pagina 399:
(het hof begrijpt hierna telkens: het nummer dat aangeefster [naam aangeefster] privé gebruikte)blijkt van de volgende contacten met het nummer 31206068810:
op pagina 400:
proces-verbaal van bevindingen, als bijlage op pagina’s 329-331, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
relaas van verbalisanten:
op pagina 329:
op pagina 330:
proces-verbaal van bevindingen, als bijlage op pagina’s 332-333, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
relaas van verbalisanten:
op pagina 332:
proces-verbaal van bevindingen, als bijlage op pagina’s 589-590, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
relaas van verbalisanten:
op pagina 590:
proces-verbaal van bevindingen, als bijlage op pagina’s 3.472-3.473, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
relaas van verbalisant:
op pagina 3.472:
op pagina 3.473:
proces-verbaal van bevindingen, als bijlage op p. 334-356, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
relaas van verbalisant:
op pagina 334:
proces-verbaal van verhoor getuige, als bijlage op pagina’s 190-201, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudend als
verklaring van getuige [naam betrokkene 2]:
op pagina 192:
op pagina 193:
(het hof begrijpt uit de context van het bewijsmiddel: aangeefster [naam aangeefster] ). Op de foto’s die u mij toont van vrouwen in lingerie op bed, sta ik samen met [naam aangeefster] . Die foto’s zijn gemaakt op de [adres medeverdachte 1] in Arnhem.
op pagina 194:
op pagina 196:
op pagina 197:
proces-verbaal van bevindingen, als bijlage op pagina’s 202, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
relaas van verbalisant:
(het hof begrijpt uit de inhoudsopgave op pagina 5: onder beslagcode G.01.01).
proces-verbaal van bevindingen, als bijlage op pagina’s 222-224, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
relaas van verbalisant:
op pagina 222:
proces-verbaal van bevindingen, als bijlage op pagina’s 203-221, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
relaas van verbalisant:
op pagina 203:
(het hof begrijpt: uit het bewijsmiddel hierboven)is gebleken dat de telefoon met het telefoonnummer [mobiele nummer werktelefoon aangeefster] waarschijnlijk als werktelefoon voor de prostitutie is gebruikt door [naam aangeefster] . Door via Google te zoeken op het telefoonnummer heb ik advertenties gevonden.
op pagina 204:
(het hof begrijpt hierna telkens: het werktelefoonnummer).
op pagina 205:
proces-verbaal van bevindingen, als bijlage op pagina’s 239-245, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
relaas van verbalisant:
op pagina 239:
Op pagina 240:
op pagina 242:
proces-verbaal van bevindingen, als bijlage op pagina’s 234-238, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
relaas van verbalisant:
op pagina 235:
op pagina 237:
proces-verbaal van bevindingen, met bijlagen, als bijlage op pagina’s 357-383, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
relaas van verbalisant:
op pagina 357:
(het hof begrijpt uit het proces-verbaal op pagina 260: de privételefoon van [naam aangeefster] met telefoonnummer 06- [privénummer aangeefster] ). Het betrof onder meer chatgesprekken tussen het telefoonnummer [privénummer aangeefster] en telefoonnummer [mobiele nummer verdachte] die plaatsvonden tussen 1 december 2014 om 19:55 uur en 12 december 2014 om 10:50 uur.
op pagina 362:
op pagina 364:
1 december 2014.
(het hof: in gebruik bij verdachte [naam verdachte] ):
(het hof begrijpt het woord 'fixen' hierna telkens als: regelen).
(het hof: aangeefster [naam aangeefster] ):
2 december 2014.
op pagina 364, onderaan, pagina 365, bovenaan, in combinatie met pagina 358:
2 december 2014.
(het hof begrijpt telkens uit de bewijsmiddelen hierboven: de gebruiker telefoonnummer [privénummer aangeefster] , lees: aangeefster [naam aangeefster] )zegt dat zij appt maar 'hij' negeert en ze weet niet wat te doen. Zij vraagt: ''kun jij nog een keer proberen voor mij?''
Op pagina 365:
2 december 2014.
(het hof begrijpt uit de context: neef)zegt bel die man van die kamer want je hebt die nummer.
op pagina 365 in combinatie met pagina 358:
op 2 december 2014.
op pagina 365:
2 december 2014.
op pagina 365, onderaan:
3 december 2014.
op pagina 359:
3 december 2014.
op pagina 368, onderaan:
4 december 2014.
4 december 2014en de (kennelijke) inhoud daarvan.
(het hof begrijpt: een afbeelding).
(het hof begrijpt: een afbeelding).
(het hof begrijpt: schermafbeeldingen)met bevestiging aanmelding op Club Sense.
op pagina 369:
4 december 2014.
Op pagina 370:
4 december 2014.
5 december 2014.
(het hof begrijpt uit de context en pagina 362: erotische foto’s van aangeefster [naam aangeefster] ).
op pagina 372:
5 december 2014.
(het hof begrijpt uit pagina 362 en pagina 380: een schermafbeelding van een telefoon met daarop een telefoonapplicatie en (onder andere) de tekst ''Image Resize Image vergroten of verkleinen'').
op pagina 373:
6 december 2014.
op pagina 374:
7 december 2014.
8 december 2014.
op pagina 375:
8 december 2014.
op pagina 376:
8 december 2014.
op pagina 377:
8 december 2014.
9 december 2014.
proces-verbaal van bevindingen, met bijlagen, als bijlage op pagina’s 393-397, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
relaas van verbalisant:
op pagina 393:
(het hof begrijpt uit bewijsmiddel 3, maar ook uit pagina 29 van het dossier: een website voor webcamseks).
op pagina 397:
2 december 2014.
(het hof: [naam aangeefster] ):
(het hof: [naam betrokkene 1] ):
9 december 2014:
proces-verbaal van bevindingen, met bijlagen, als bijlage op pagina’s 428-432, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende als
relaas van verbalisant:
op pagina 428:
op pagina 429:
Overwegingen met betrekking tot het bewijs
(het hof begrijpt: geen geld)binnenkomt, is [naam aangeefster] tijdverspilling.
(het hof begrijpt: extra)werk' heeft gevonden om nog meer geld te verdienen en dat het om werk gaat dat niet illegaal is. Bovendien is het voor verdachte duidelijk geweest dat [naam aangeefster] niet op eigen naam (en BSN-nummer) een account kon aanmaken voor het verrichten van webcamseks. Dat moest op naam van [naam betrokkene 4] , die toen wel meerderjarig was.
(sub 2 en 5). Voor een bewezenverklaring van sub 5 is voldoende dat [naam aangeefster] zich beschikbaar heeft gesteld. Niet bewezen hoeft te worden dat zij daadwerkelijk seksuele handelingen heeft verricht.
Voorwaardelijke verzoeken
Bewezenverklaring
op een of meer tijdstip(pen)in
of omstreeksde periode van 1 oktober 2014 tot en met 8 december 2014
te Arnhem, althansin Nederland
,
of anderen,
en/of vervoerd en/of overgebracht, en/of gehuisvest en/of opgenomen(telkens) met het oogmerk van uitbuiting van die [naam aangeefster] , terwijl die [naam aangeefster] de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt; en
/of
dan wel ten aanzien van die [naam aangeefster] enige handeling heeft ondernomen waarvan hij wist en/of moest vermoeden dat die [naam aangeefster] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die handelingen, terwijl die [naam aangeefster] de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt; en
/of
(den)bereikt,
heeft/hebben verdachte of
(één van)de medeverdachte
(n):
/of
[naam aangeefster] opgedragen, althans gevraagd, seksueel/erotisch getinte foto’s te maken van zichzelf en naar hem op te sturen en/of zelfseksueel/erotisch getinte foto’s van die [naam aangeefster] gemaakt; en
/of
/of
een of meerdereseksadvertenties gemaakt van die [naam aangeefster] en die seksadvertenties op diverse sekssites geplaatst; en
/of
/of
of meerklantentelefoon
s; en
/of
svan die [naam aangeefster] beheerd; en
/of
en/of [adres 2] te Arnhemgearrangeerd waar [naam aangeefster]
kon verblijven en/ofklanten kon ontvangen; en
/of
of omstreeksde periode van 1 december 2014 t/m 8 december 2014 te Arnhem, althans in Nederland,
/of
dan wel ten aanzien van die [naam aangeefster] enige handeling heeft ondernomen waarvan hij wist en/of moest vermoeden dat die [naam aangeefster] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die handelingen, terwijl die [naam aangeefster] de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt;
/hebbenverdachte
of (eén van) de medeverdachte(n):
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
en
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
Vordering van de benadeelde partij [naam aangeefster]
Stb.2018, 132: ''Wet tot wijziging (…) teneinde
het verhaal van verplaatste schadein het strafproces te bevorderen'', onderstreping van het hof). Vóór 1 januari 2019 kende het civiele recht immers reeds de aansprakelijkheid voor verplaatste schade in artikel 6:107, eerste lid en onder a van het Burgerlijk Wetboek. Anders dan de raadsman kennelijk verondersteld staat de wijziging van artikel 51f van het Wetboek van Strafvordering per 1 januari 2019 op zichzelf niet in de weg aan het vorderen van de materiële schade zoals door de benadeelde partij is gevorderd (vgl. ook ECLI:NL:GHARL:2019:2547). Ten overvloede merkt het hof op dat een en ander wel met zich brengt dat het bepaalde in artikel 1, tweede lid van het Wetboek van Strafrecht eraan in de weg staat dat ten aanzien van een dergelijke vordering een schadevergoedingsmaatregel als bedoeld in art 36f van het Wetboek van Strafrecht kan worden opgelegd.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
16 (zestien) maanden.
Vordering van de benadeelde partij [naam aangeefster]
€ 2.000,- (tweeduizend euro) ter zake van immateriële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.