ECLI:NL:GHARL:2023:3053

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
11 april 2023
Publicatiedatum
11 april 2023
Zaaknummer
200.305.600
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van vaststellingsovereenkomst wegens dwaling slaagt niet; beroep op beding in de vaststellingsovereenkomst is niet onaanvaardbaar

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 11 april 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tussen Lutz Fashion c.s. en Amsec Beveiliging B.V. Lutz Fashion c.s. had een overeenkomst gesloten met Amsec Beveiliging voor de levering en installatie van een camerasysteem. Na klachten over de werking van het systeem en onenigheid over facturen, hebben partijen een vaststellingsovereenkomst gesloten. Lutz Fashion c.s. voelde zich echter bedrogen en wilde de overeenkomst vernietigen wegens dwaling. De kantonrechter heeft de vordering van Amsec Beveiliging grotendeels toegewezen en de tegenvordering van Lutz Fashion c.s. afgewezen. Lutz Fashion c.s. ging in hoger beroep, maar het hof oordeelde dat het beroep op vernietiging van de vaststellingsovereenkomst niet slaagde. Het hof concludeerde dat de vaststellingsovereenkomst geldig was en dat Lutz Fashion c.s. niet kon aantonen dat het beroep op de overeenkomst onaanvaardbaar was. Het hof bekrachtigde het vonnis van de kantonrechter en veroordeelde Lutz Fashion c.s. tot betaling van de proceskosten.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
locatie Arnhem, afdeling civiel
zaaknummer gerechtshof 200.305.600
zaaknummer rechtbank Midden-Nederland, zittingsplaats Utrecht 9036149
arrest van 11 april 2023
in de zaak van

1.de vennootschap onder firmaLutz Fashion

2 Suit Support B.V.vennoot van Lutz Fashion V.O.F.)
3 Vinkeveen Business B.V.vennoot van Lutz Fashion V.O.F.)
die zijn gevestigd in Vinkeveen
die hoger beroep hebben ingesteld
hierna: samen in vrouwelijk enkelvoud Lutz Fashion c.s.
advocaat: mr. H.C. Bijleveld
tegen
Amsec Beveiliging B.V.
die is gevestigd in Aalsmeer
hierna: Amsec Beveiliging
advocaat: mr. K. Bozia

1.Het verloop van de procedure in hoger beroep

Naar aanleiding van het arrest van 18 oktober 2022 heeft op 10 januari 2023 een mondelinge behandeling bij het hof plaatsgevonden. Daarvan is een verslag gemaakt (het proces-verbaal) dat aan het dossier is toegevoegd. Hierna hebben partijen het hof gevraagd arrest te wijzen.

2.De kern van de zaak

2.1.
Lutz Fashion c.s. en Amsec Beveiliging hebben een overeenkomst gesloten voor de levering en installatie van een camerasysteem ten behoeve van een winkelpand van Lutz Fashion c.s. Lutz Fashion c.s. is van mening dat het camerasysteem niet goed werkt en dat Amsec Beveiliging ten onrechte meerwerk in rekening heeft gebracht. Zij heeft daarom de laatste termijnfactuur, het in rekening gebrachte meerwerk en de kosten van de door Amsec in rekening gebrachte connectoren niet betaald. Amsec Beveiliging vindt dat het systeem wel goed functioneert en dat Lutz Fashion c.s. de openstaande facturen moet betalen.
2.2.
Amsec Beveiliging heeft bij de kantonrechter gevorderd dat Lutz Fashion c.s. wordt veroordeeld tot betaling van de openstaande facturen, vermeerderd met de wettelijke handelsrente en buitengerechtelijke incassokosten. Lutz Fashion c.s. heeft een tegenvordering ingesteld en heeft ontbinding van de overeenkomst gevorderd met terugbetaling van alles wat zij aan Amsec Beveiliging heeft betaald. Na de zitting bij de kantonrechter hebben Amsec Beveiliging en Lutz Fashion c.s. een vaststellingsovereenkomst gesloten ter beëindiging van hun geschil. In de vaststellingsovereenkomst verklaren partijen dat zij – na een betaling van € 3.864,45 door Lutz Fashion c.s. aan Amsec Beveiliging – over en weer niets meer van elkaar te vorderen hebben en de procedure bij de kantonrechter gezamenlijk door zullen halen. Lutz Fashion c.s. heeft het bedrag betaald waarna de advocaat van Amsec Beveiliging de kantonrechter heeft verzocht de procedure door te halen. Lutz Fashion c.s. heeft de kantonrechter daarop bericht dat zij de vaststellingsovereenkomst inderdaad heeft ondertekend, maar zich bedrogen voelt door Amsec Beveiliging, zich daarom niet meer gebonden acht aan de vaststellingsovereenkomst en wil dat de kantonrechter uitspraak doet.
2.3.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat doorhaling van de procedure alleen mogelijk is op gezamenlijk verzoek en dat zij daarom uitspraak doet, waarbij de vaststellingsovereenkomst buiten beschouwing wordt gelaten. De kantonrechter heeft de vordering van Amsec Beveiliging tot betaling van de openstaande facturen voor een belangrijk deel toegewezen en heeft de tegenvordering van Lutz Fashion c.s. afgewezen. De bedoeling van het hoger beroep van Lutz Fashion c.s. is dat de toegewezen vorderingen alsnog worden afgewezen en dat haar tegenvordering wordt toegewezen.

3.Het oordeel van het hof

3.1.
Het hof zal oordelen dat het hoger beroep niet slaagt en zal hierna uitleggen waarom.
Kwijting in de vaststellingsovereenkomst
3.2.
Als meest verstrekkend verweer tegen de grieven van Lutz Fashion c.s. heeft Amsec Beveiliging in de memorie van antwoord aangevoerd dat partijen na de zitting bij de kantonrechter een vaststellingsovereenkomst hebben gesloten en elkaar finale kwijting hebben verleend terzake de vorderingen in de onderhavige procedure. Het hoger beroep van Lutz Fashion c.s. heeft daarom volgens Amsec Beveiliging geen kans van slagen. Lutz Fashion c.s. heeft daarop voor het eerst tijdens de zitting in hoger beroep gereageerd.
3.3.
Lutz Fashion c.s. heeft ter zitting in hoger beroep aangevoerd dat zij de vaststellingsovereenkomst een dag na het sluiten daarvan, buitengerechtelijk heeft vernietigd omdat zij heeft gedwaald door een inlichting van Amsec Beveiliging. Lutz Fashion c.s. heeft namelijk tijdens de zitting bij de kantonrechter geklaagd dat Amsec Beveiliging de wachtwoorden van de 33 individuele, aan Lutz Fashion c.s. geleverde beveiligingscamera’s niet aan haar heeft verstrekt, terwijl zij deze nodig had voor een goed werkend systeem. Amsec Beveiliging heeft daarop tijdens de zitting bij de kantonrechter het volgende aangegeven:
“Ik heb alle inloggegevens verstrekt die nodig zijn voor het gebruik van het camerasysteem.”Volgens Lutz Fashion c.s. verkeerde zij door deze verklaring in de veronderstelling dat zij de wachtwoorden van de camera’s al had ontvangen, althans dat deze alsnog verstrekt zouden kunnen worden. Indien zij had geweten dat zij de wachtwoorden niet eerder had ontvangen en deze door Amsec Beveiliging ook niet verstrekt zouden (kunnen) worden, had zij de vaststellingsovereenkomst niet gesloten.
3.4.
Ter zitting in hoger beroep heeft Amsec Beveiliging toegelicht dat zij met haar uitlating op de zitting van de kantonrechter bedoelde dat Lutz Fashion c.s. over de wachtwoorden van de server beschikte en dat dit de enige benodigde wachtwoorden zijn voor een goed werkend camerasysteem. Daarnaast is het volgens Amsec Beveiliging ook niet meer mogelijk om de wachtwoorden van de individuele camera’s te verstrekken, omdat Lutz Fashion voorafgaand aan de procedure bij de kantonrechter de server door een derde heeft laten resetten als gevolg waarvan de wachtwoorden van de camera’s zijn veranderd. Bovendien heeft Lutz Fashion c.s. in artikel 1.7 van de vaststellingsovereenkomst afstand gedaan van het recht deze overeenkomst te vernietigen op grond van dwaling.
3.5.
Het hof merkt op dat Lutz Fashion c.s. in haar memorie van grieven niet is ingegaan op de (door haar ondertekende) vaststellingsovereenkomst en niet heeft aangevoerd dat zij deze al buitengerechtelijk had vernietigd wegens dwaling. Ook heeft Lutz Fashion c.s. pas ter zitting in hoger beroep aangevoerd dat zij, ondanks het feit dat zij afstand heeft gedaan van het recht de vaststellingsovereenkomst te vernietigen, dit vanwege bijzondere omstandigheden toch kon doen. Hoewel Lutz Fashion c.s. het hof in haar memorie van grieven al had kunnen informeren over de vaststellingsovereenkomst, was haar beroep (in deze procedure) op de buitengerechtelijke vernietiging van de vaststellingsovereenkomst wegens dwaling naar het oordeel van het hof tijdig. Omdat de kantonrechter de vaststellingsovereenkomst buiten beschouwing heeft gelaten en Amsec Beveiliging daar bij wijze van verweer in de memorie van antwoord voor het eerst een beroep op heeft gedaan, mocht Lutz Fashion c.s. voor het eerst ter zitting in hoger beroep op de vernietiging van de vaststellingsovereenkomst ingaan. [1]
3.6.
Partijen hebben in de vaststellingsovereenkomst vastgelegd dat zij elkaar finale kwijting verlenen terzake van de vorderingen in deze procedure, zowel in conventie als in reconventie, en hebben verklaard niets meer van elkaar te vorderen te hebben. Uitgaande van deze overeenkomst is de grondslag voor de tegenvorderingen van Lutz Fashion c.s. in deze procedure komen te vervallen.
3.7.
De vraag is dan of het beroep van Lutz Fashion c.s. op vernietiging van de vaststellingsovereenkomst (wegens dwaling) slaagt. Zoals Amsec Beveiliging heeft aangevoerd, hebben partijen in artikel 1.7 van de vaststellingsovereenkomst over en weer afstand gedaan van het recht om geheel of gedeeltelijk ontbinding of vernietiging van die overeenkomst te vorderen of zich op nietigheid te beroepen uit welke hoofde dan ook, waaronder begrepen dwaling, al dan niet bij wijze van verweer. Het hof overweegt dat een tussen partijen geldende contractuele regel, zoals deze uitsluitingsclausule in de vaststellingsovereenkomst, niet van toepassing is voor zover dit in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn (artikel 6:248 lid 2 BW). De rechter moet bij toepassing van deze wetsbepaling de nodige terughoudendheid betrachten.
3.8.
Naar het oordeel van het hof heeft Lutz Fashion c.s. onvoldoende gesteld ter onderbouwing van de stelling dat het beroep van Amsec Beveiliging op de vaststellingsovereenkomst, waaronder de daarin opgenomen kwijting en uitsluiting van een beroep op dwaling, naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Lutz Fashion c.s. heeft enkel aangevoerd dat zij tijdens en ook na de zitting bij de kantonrechter duidelijk heeft aangegeven dat zij de wachtwoorden van de individuele camera’s nodig had en dat Amsec Beveiliging daarop ten onrechte meerdere keren heeft verklaard dat zij deze al had gegeven. Het hof constateert dat Amsec Beveiliging, zoals zij heeft toegelicht in hoger beroep, tijdens de zitting bij de kantonrechter alleen heeft verklaard dat zij de wachtwoorden voor een goed werkend systeem had verstrekt. Uit bedoelde mededeling had Lutz Fashion c.s. niet zonder meer kunnen en mogen begrijpen dat ook de wachtwoorden van de individuele camera’s waren gegeven. Partijen zijn het er over eens dat na de zitting bij de kantonrechter niet (meer) is gesproken over de wachtwoorden van de individuele camera’s. Lutz Fashion c.s. heeft de betwiste stellingen niet nader onderbouwd, waardoor niet vast is komen te staan dat Amsec Beveiliging voorafgaand aan of tijdens het sluiten van de vaststellingsovereenkomst bewust onjuiste mededelingen heeft gedaan over de betreffende wachtwoorden. Daarnaast heeft Lutz Fashion c.s. niet meer of andere omstandigheden aangevoerd waarom het beroep op artikel 1.7 van de vaststellingsovereenkomst in deze situatie naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn. Lutz Fashion c.s. kan de vaststellingsovereenkomst daarom niet vernietigen op grond van dwaling.
3.9.
Gelet op het voorgaande falen de grieven van Lutz Fashion c.s. Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter.
De conclusie
3.10.
Het hoger beroep slaagt niet. Omdat Lutz Fashion c.s. in het ongelijk zal worden gesteld, zal het hof Lutz Fashion c.s. tot betaling van de proceskosten in hoger beroep veroordelen. Onder die kosten vallen ook de nakosten die nodig zijn voor de betekening van de uitspraak en de wettelijke rente daarover. De rente is verschuldigd vanaf veertien dagen na die betekening. [2]

4.De beslissing

Het hof:
4.1.
bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, van 18 augustus 2021;
4.2.
veroordeelt Lutz Fashion c.s. tot betaling van de volgende proceskosten van Amsec Beveiliging:
€ 772,- aan griffierecht
€ 3.062,- aan salaris van de advocaat van Amsec Beveiliging (2 procespunten x appeltarief € 1.531,-)
4.3.
bepaalt dat al deze kosten moeten worden betaald binnen 14 dagen na vandaag. Als niet op tijd wordt betaald, dan worden die kosten verhoogd met de wettelijke rente;
4.4.
verklaart de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
4.5.
wijst af wat verder is gevorderd.
Dit arrest is gewezen door mrs. R.A. Dozy, B.J. Engberts en P.J. van der Korst, en is door de rolraadsheer in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 11 april 2023.

Voetnoten

1.HR 6 juli 2018, ECLI:NL:HR:2018:1097.
2.HR 10 juni 2022, ECLI:NL:HR:2022:853.